archiveren

Tagarchief: denkgeest

Een gedachte over werkelijke verantwoordelijkheid nemen. Als alles een gedachte is van en in de denkgeest, en er niets anders is dan gedachtes in en van de denkgeest, dan ligt niet de verantwoording in wat het zogenaamde lichaam met hersenen doet in een zogenaamde wereld, maar welke keuze er gemaakt wordt in en door de denkgeest. En die keuze kan alleen maar de keuze zijn tussen ego of HG.
Al mijn zogenaamde ervaringen in een zogenaamd ervaren wereld getuigen van die keuze.
De ervaringen, dus de gevoelens, emoties, niet het ervaren van de projecties als iets opzichzelfstaand, want projecties staan niet op zichzelf, gedachtes/ideeën verlaten niet hun bron de denkgeest. Als dat ten volle waargenomen wordt en de verantwoordelijkheid voor de enige keuze die er is: ego of HG wordt genomen dan wordt duidelijk dat alleen de keuze voor HG terugkoppelt naar Waarheid, Éénheid, God, Liefde en dat de in eerste instantie keuze voor ego (ego spreekt altijd eerst) alleen maar geschikt is om te vergeven, zodat alleen waarnemen vanuit HG overblijft.
Als die verantwoordelijkheid wordt ingezien en bewust genomen dan is de eerste stap bij elke waarneming/ervaring die in eerste instantie vormgericht is, en dat is alles wat de zogenaamde “ik” ervaart door de dag en nacht heen, het alleen nog maar gezien wordt als vergevingsmateriaal en vergevingskans, zodat elke met opzet opgeworpen ego-denkgeest blokkade van en door de denkgeest oplost en de vrije doorstroom van de altijd nog steeds ene hele Denkgeest automatisch overblijft.
Die vrije ongeblokkeerde doorstroom van en in de Denkgeest (HG Denkgeest) zal dáár opgepikt en herkend worden waar de ontvankelijkheid van de schijnbare afgescheiden stukjes denkgeest aan toe is.
Dus het ontwaken van de hele ene keuzemakende denkgeest die eerst voor ego heeft gekozen (voor afscheiding) is afhankelijk van de ene keuze van de keuzemakende denkgeest die zijn verantwoordelijkheid neemt niet meer voor ego, maar om voor HG Denkgeest te kiezen. En nogmaals dit alles speelt zich enkel en alleen af in denkgeest, omdat er niets anders is dan dat.
Lichamen nemen niet waar en ervaren niet. Vandaar dat de wereld verbeteren/veranderen of vernietigen nooit kan en gaat werken dan alleen in waanzinnige schizofrene dromen van de ene keuzemakende denkgeest die voor de waanzin van het ego kiest en daardoor dingen waarneemt die er niet kunnen zijn.
Werkelijke Verantwoordelijkheid is dus alleen gelegen in de keuze voor egodenkgeest of voor HG Denkgeest.
Elke ervaring in de vorm, de wereld, dient dan alleen nog als spiegel voor wat er zich in de denkgeest afspeelt, waardoor de keuze voor ego zichtbaar wordt en er opnieuw nu heel bewust gekozen kan worden voor HG:

“1.Projectie maakt waarneming. 2De wereld die jij ziet is wat jij haar gegeven hebt, niets meer. 3Maar ook al is ze niets meer, ze is ook niets minder. 4Daarom is ze voor jou belangrijk. 5Ze getuigt van de staat van jouw denkgeest, de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand. 6Zoals een mens denkt, zo neemt hij waar.* 7Probeer dan ook niet de wereld te veranderen, maar kies ervoor je denken over de wereld te veranderen. 8Waarneming is een gevolg, geen oorzaak. 9En juist om die reden is een rangorde naar moeilijkheid bij wonderen zonder betekenis. 10Alles wat met visie wordt bezien, is genezen en heilig. 11Niets wat zonder dat wordt gezien, heeft enige betekenis. 12En waar geen betekenis is, heerst chaos” (T21.In.1:1-12).

Dat is het enige wat ECIW probeert te onderwijzen aan de waarnemende denkgeest die eraan toe is zijn verantwoordelijkheid te nemen voor zijn in eerste instantie keuze voor onder leiding staan van de egodenkgeest in twijfel te trekken en bereid is opnieuw te kiezen nu voor HG Denkgeest.

Er is geen wereld (WdI.132.6:2), DUS dan is er ook geen “ik lichaam”…
Als we deze stelling doortrekken volgen er nog veel meer alles omvattende gevolgtrekkingen.
Bijvoorbeeld de kijk op het idee van “de dood”.
Als er geen wereld is dan is de dood net als de wereld ook niet mogelijk, maar slechts een “idee”.
“Een nietig dwaas idee” (T27.VIII.6:2) zoals de Cursus het omschrijft.
Er is geen wereld, geen “ik”, geen dood, maar we ervaren wel een wereld, een “ik”, de dood enz. op een tijdlijn die we ervaren binnen het concept ruimte en tijd.

Een cursus in wonderen stelt dat de bron van waaruit er een wereld, een “ik”, en de dood lijkt te bestaan de denkgeest is. Niet het “ik” lichaam dat lijkt te denken vanuit een brein is de bron, maar de denkgeest.
Denkgeest is onstoffelijk. Dat betekent dat de denkgeest niet dood gaat, maar slechts een idee een gedachte heeft over dat er een wereld is, en dat er een lichaam is dat dood gaat.
Om dat enigszins begrijpelijk te maken spreekt de Cursus over een droom :

“Wanneer je gevangen bent in de wereld der waarneming ben je in een droom gevangen. Zonder hulp kun je niet ontsnappen, want alles wat je zintuigen je tonen getuigt slechts van de werkelijkheid van de droom” (Vw.xi).

Het woord “droom” komt 402 x voor in de Cursus! Als (nog) niet geaccepteerd is dat de wereld, het lichaam, de “ik” kortom al het zogenaamde stoffelijke op welk vibratie-niveau dan ook een droom is van en in de denkgeest dan ligt dat niet aan de onduidelijkheid van de Cursus, maar aan de nog onbewuste weerstand van de ook nog steeds onbewuste (waarnemende/keuzemakende) denkgeest die ergens aanvoelt dat het accepteren van dit gegeven einde verhaal van de wereld, dus ook het einde van de zogenaamde “ik” is.
Geïnterpreteerd als “de dood” van het “ik” lichaam, en tenslotte het einde van de wereld als vorm zoals voorspeld in de Bijbel als de Apocalyps, is (één van de) ego-interpretaties tegen het onbewust gehouden idee dat de wereld en de zogenaamde “ik” enz. slechts een droom is, dus een illusie zijn.

De “je” waarmee we worden aangesproken is in de Cursus ALTIJD de denkgeest. Het lichaam is een idee, een gedachte in en van de denkgeest.

De reis van het onbewust geheim gehouden van de droom door de dromende denkgeest terug naar de bewustwording van dat de wereld en de “ik” enz. slechts lijkt te bestaan in dromen, stuit op gigantisch veel weerstand. Maar niet om de reden die ik denk (WdI.5).

Het lijkt regelrecht in te gaan tegen “de Wil van God” die we uit de bijbel kennen.
Deze god van de bijbel is dan ook gemaakt naar het evenbeeld van het geloof in een wereld en een “ik” lichaam enz. Een god met zintuigen die kan horen, zien, voelen en “ergens” woont.
Een god die partij kiest, oordeelt en veroordeelt, straft en beloond, een god die in zonde, schuld en angst geloofd en daarnaar handelt. Dit alles is een projectie naar het evenbeeld van dit geloof in een wereld van een “ik” lichaam, in het bestaan van een wraakzuchtige in zonde, schuld en angst gelovende god als vervanging van en verdediging tegen het (nog steeds aanwezige onveranderlijke) Weten dat er geen wereld en geen “ik” lichaam enz. bestaat, dan alleen in dromen.
De zogenaamde mogelijkheid van het sterven van het lichaam is hier dan ook een projectie van. Daardoor blijft zogenaamd onbewust, maar ondertussen opzettelijk verborgen, dat dit alles bedacht en geprojecteerd wordt door de keuze voor de in zonde, schuld en angst gelovende waarnemende denkgeest.
Enkel het geloof in dit hele door de egodenkgeest als verdediging tegen de nog steeds onveranderlijke, onverbrekelijke Éénheid, Waarheid, God, Liefde, houdt dit onmogelijke egodenksysteem in stand.

Dit egodenkgeest-geloof in de onvermijdelijke dood van het lichaam enz. en het uiteindelijke verdwijnen van de wereld en het universum vervangt dus de werkelijk onvermijdelijke werkelijkheid dat er geen wereld en dus ook geen “ik” kan bestaan.

Er is alleen Geest die onveranderlijk heel en één is in God.
Enkel het geloof in zonde, schuld en angst met als extra versterking al de bijbehorende emoties zoals verdriet, lijden, woede, pijn, maar ook plezier en vreugde die allemaal vormgericht zijn houden dit onmogelijke geloof in stand.
Vroeg of laat moet dit onmogelijk houdbare geloof wel door de mand vallen, omdat het niet vol te houden is en het lijden niet meer te dragen en niet meer vol te houden is. dan zal uiteindelijk onvermijdelijk de gedachte “Er moet een andere manier zijn” opborrelen uit het onbewuste.
Niet omdat het lijden ten gevolgen van schijnbare gebeurtenissen in “mijn leven” niet meer te dragen is, dat staat slechts symbool voor het niet meer vol te houden verbergen van Waarheid, Éénheid, God, Liefde in en door de denkgeest.
Dat is de betekenis van de uitspraak:

Niets werkelijks kan bedreigd worden.
Niets onwerkelijks bestaat.


Hierin ligt de vrede van God
(In.2:2-4).

Wat betekent dat in de dagelijkse praktijk waarin we nog steeds geloven dat de lichamelijke dood echt bestaat.
Dat iedere keer dat er iemand of iets sterft we eigenlijk alleen maar ons gelijk krijgen in dat de dood bestaat en dat de wereld en het “ik” lichaam enz. werkelijkheid zijn en dat werkelijke Werkelijkheid, Onveranderlijke Éénheid, God, Liefde, non-dualisme niet bestaat.
De dood is dus eigenlijk een ontkenning van dat wat dood lijkt te gaan, een lichaam, in werkelijkheid is: onveranderlijke Geest thuis in God in volmaakte Éénheid alleen in staat tot het uitbreiden van de volledig non-dualistische Liefde van God.

Dat betekent niet dat we iets moeten veranderen aan dat we nog wel ervaren in onze “dromen” van illusie waarin het idee van dood nog wel werkelijkheid lijkt te zijn. We ervaren nog steeds de dood van onze geliefde en anderen om ons heen in ons leven. We rouwen “normal”, we nemen afscheid, begraven/cremeren zoals we dat gewend zijn en graag willen, kortom we veranderen niets aan de vorm.
Wat wel gaat en het enige wat kán veranderen stap voor stap in dit hele proces van onbewust naar bewustwording is de denkgeest-verschuiving van het waarmaken van projecties vanuit zonde, schuld en angst naar de bewustwording van dat we ons vergist hebben en dat we (Geest) in werkelijkheid nog steeds onschuldig en onveranderlijk Één zijn in God.
Dat is wat ECIW met het Wonder van Vergeving bedoelt. We vergeven onszelf dat wat we dachten en geloofde dat ons is aangedaan of overkomen in werkelijkheid niet gebeurt is anders dan enkel in dromen van het geloof in de mogelijkheid om afgescheiden te raken van non-dualistische Éénheid, Waarheid, God, Liefde.

En is Ware Vergeving niet het meest liefdevolle wat “we” in de hoedanigheid van keuzemakende denkgeest kunnen schenken aan de hele ene denkgeest die eerst verkoos te kiezen voor de mogelijkheid van afgescheiden te kunnen zijn van non-dualistische God/Liefde dmv het geloof in “de dood”, zich nu dmv Ware Vergeving hiervan zich terug kan herinneren in onveranderlijke Éénheid, Waarheid, God, Liefde?
Een Liefde waar niets of niemand van uitgezonderd kán zijn, want Één is onveranderlijk Één en kan onmogelijk werkelijk twee worden.












We zijn een leven lang geobsedeerd bezig het lichaam in stand te houden. Wat we eigenlijk in stand willen houden, maar wat verborgen moet blijven, is ons geloof in de egodenkgeest.
En we willen het geloof in de egodenkgeest in stand houden, omdat dat gedachtesysteem de enige brandstof is die het idee en het geloof in een lichaam gaande houdt.
Een schijnbaar gesloten gedachtesysteem dat zichzelf draaiende houdt, maar in z’n geheel een illusie een waanidee is.

Onze obsessieve relatie met het lichaam is gebaseerd op een waanidee waar we in geloven en dus denken dat het waar is.
Onze focus op het lichaam is een dagtaak, we zijn altijd met ons lichaam bezig, ook als we het negeren, want iets negeren, betekent dat we geloven dat het er eerst was, maar nu genegeerd wordt.

De obsessie voor het lichaam is eigenlijk de verdediging tegen Eenheid, tegen Liefde, tegen God.
Hoewel het eigenlijk juist het tegenovergestelde lijkt te zijn.
Onze ultieme, goed verborgen, verdediging tegen Eenheid, Liefde, God is van God ook een ´lichaam´ te maken, in de zin van ´iets´ wat los van ons staat en ver verheven is boven ons kwetsbare lichaampjes. En zo wordt ook van Eenheid een dualistische versie gemaakt; god en ik, jij en ik, twee aparte lichamen, en van Liefde wordt speciale liefde bedacht; god houdt van mij, god houdt niet van mij, ik hou van jou, omdat jij mijn geliefde, kind, ouder, familie, vrienden enz. bent, maar ook speciale haat hoort in de dualistische rijtje thuis, allemaal met als centraal uitgangspunt het lichaam.

Dus van waar we ons tegen verdedigingen (Eenheid, Liefde, God) hebben we nu een speciale eigen haat/liefde versie gemaakt, naar ons eigen waan-evenbeeld.
Het verhaal wat we kennen dat God ons heeft gemaakt naar zijn evenbeeld lijkt nu te kloppen, want alleen op die manier kunnen we voor onszelf hard maken dat we een lichaam zijn, want we hebben nu een god bedacht die ook een soort lichaam is, los van ons staat en ons ‘geboetseerd’ heeft en adem heeft ingeblazen.
Het verhaal van zonde, schuld en angst werd leven ingeblazen, het grote theater van de zonde, schuld en angst ving aan. En we namen en nemen dit bloedserieus, we zien het zeker niet als het theater van de lach. We spelen onze rollen bloedserieus en vergeten dat dit alles voortkomt uit de (ego)denkgeest en we niet onze rollen zijn.

Dus dit hele gedoe heeft maar één doel en dat is ‘vergeten’ dat we in werkelijkheid denkgeest zijn en niet een lichaam.
Het doel is dus helemaal niet lichaamsgericht, zoals de egodenkgeest wil geloven, maar denkgeest gericht, omdat er niets anders is dan denkgeest en dus kan alleen de denkgeest de bron zijn en kan er alleen in de denkgeest iets veranderen.
Het lichaam is de enige troef die de egodenkgeest heeft, dus dat moet obsessief bewaakt en gebruikt worden waarbij het voor het ego niet uitmaakt of het lichaam nou gebruikt of misbruikt wordt, aangevallen of verdedigd wordt, als het lichaam maar als oorzaak en gevolg wordt gezien is het goed voor de in afscheiding gelovende egodenkgeest.
Alles wat we, de denkgeest, doen is gericht op het in stand houden van de gedachte een lichaam te zijn, alles, elke ademteug, elke beweging, elke hap, elke gedachte over ziekte en gezondheid, en dood allemaal lichaamsgericht.

De obsessie die we hebben tov het lichaam is dus helemaal niet lichaamsgericht, maar egodenkgeest gericht, met als enig doel te voorkomen dat we ons herinneren denkgeest te zijn, dat een lichaam projecteert.
De denkgeest huist niet in een lichaam, maar andersom, het lichaam is een gedachte van, door en in de denkgeest. En wat we zien en denken te zijn is een projectie, een lichtbeeld, en dus nog steeds een gedachte, aangestuurd door gedachten en wel gedachten van zonde, schuld en angst.
Het is immers onmogelijk uit Eenheid, Liefde, God te stappen, dus moet wat de egodenkgeest probeert te doen, zich toch af te scheiden, wel zeer pijnlijk en onnatuurlijk zijn en precies het tegengestelde van Liefde zijn, namelijk zonde, schuld en angst. En zo lijden we nooit om de reden dat we denken en geloven te lijden, namelijk door iets wat zich buiten ons afspeelt in enige vorm welke eruit ziet als lijden.

En natuurlijk is de weerstand dit te willen zien enorm. Een weerstand die geprojecteerd wordt op het lichaam en daar wordt ervaren, als lichamelijke pijn en ongemak, maar niet gezien mag worden als komende van de egodenkgeest die de lichamelijk pijn en ongemak als rookgordijn gebruikt, als afleiding van de oorzaak, die enkel en alleen in de denkgeest ligt.
De egodenkgeest is immers in elke gedachte die we denken aanwezig en doet dus altijd mee, en voert keurig en gehoorzaam uit waar deze is voor bedacht; weerstand geven.

Maar gelukkig is ook de herinnering aan wat we werkelijk zijn, denkgeest, wel nog steeds aanwezig in elke gedachte; de waarnemende/keuzemakende denkgeest. En alleen de denkgeest die zich aan het bewust worden is van dit hele waanzinnige (on)mogelijke gedoe, kan leren dat er een bewuste keuze gemaakt kan worden, niet een keuze op vorm niveau, dus lichaamsniveau over het lichaam, maar op denkgeest niveau, over naar welk denksysteem we willen luisteren: ego of Heilige Geest.

Gedachten zoals, ja maar het lichaam dan, moet ik dat dan maar negeren, is een egogedachte, een verdedigingsgedachte. En dat is niet fout of goed, het ego doet waar we het voor hebben bedacht, het kan niet anders.
Het enige wat we wel kunnen doen, als waarnemende/keuzemakende denkgeest is oordeelloos leren kijken naar al die verdedigingen tegen Liefde, Waarheid, God, en deze vergeven, omdat we willen zien dat het onmogelijk is en onzinnig, onnodig ons te verdedigen tegen Liefde, Waarheid, God of hoe we het Onnoembare ook willen noemen.

En het lichaam dan? Dat krijgt dan een andere functie in handen van onze HG kant van de denkgeest en zal moeiteloos zijn nieuwe functie vervullen, nu als projectie vanuit HG, waarbij het lichaam slechts een hulpmiddel is wat we, zolang we in de ‘ervaring’ verkeren, kunnen begrijpen.

Ik (denkgeest) laat de egodenkgeest voor wat het is met z´n speeltje (het lichaam) en geef het terug aan HG/J, alsjeblieft her-gebruik het maar, her-gebruik elke beweging elke handeling elke gedachte die lichaamsgericht lijkt te zijn.
En ik (denkgeest) ga dus nu niet mee in de (ego)gedachte dat ik nu ik dit zie al mijn ‘slechte’ gewoontes aan moet gaan pakken, en nieuwe ‘goeie’ gewoontes aan moet leren, want dan maak ik weer het lichaam tot centraal uitgangspunt en ben ik weer gewoon aan het oordelen.
Ik (denkgeest) hoef alleen maar te leren elke gedachte die ik heb terug te nemen in de denkgeest en te vergeven, zonder resultaat gericht te zijn. En als ik merk dat ik dat wel ben, die gedachte ook weer te vergeven, en als ik daar ook weer een oordeel over heb, dat ook weer te vergeven. Alleen zo zal ik leren oordeelloos te kijken en wordt ik als een toeschouwer in de zaal die naar zijn eigen toneelstuk kijkt, erin speel, maar zich er niet meer mee vereenzelvigt. Zoals een acteur op het toneel ook donders goed weet dat hij z’n rol niet is, maar hem wel speelt.
De denkgeest is dan helemaal terug in de waarnemende/keuzemakende denkgeest positie die alleen nog maar kan kiezen tussen angst of Liefde, terwijl het toneelstuk op het toneel gewoon doorgaat, tot het klaar is, niet door de lichamelijke dood, maar doordat de denkgeest zich volledig herinnert in God.

Leestip: T4.V. De ego-lichaam-illusie, blz. 65 van het Tekstboek van ECIW

Elke bewust waargenomen opgeworpen blokkade als verdediging tegen Liefde is een rechtstreekse uitnodiging om deze op te laten lossen in en door het toestaan van Ware Vergeving. Ware Vergeving dat ziet dat er in werkelijkheid niets gebeurt is wat de Liefde van God kan tegenhouden.

Dus dat wat een probleem (blokkade) leek in de vorm is niet wat het lijkt, oftewel “Ik voel nooit onvrede om de reden die ik denk”(WdI.5).
De onvrede komt niet door wat er buiten “mij” of met “mijn” lichaam (dat is namelijk ook iets dat als “buiten” de denkgeest wordt gezien) lijkt te gebeuren, maar wat ik besluit te ervaren in de denkgeest, namelijk: zonde, schuld en angst, met als (verborgen gehouden) doel afscheiding van Liefde, God.

Dus wat we in de droom bijvoorbeeld “schuldhulpverlening” noemen, door het probleem buiten de “ik” te zien en vervolgens ook buiten de “ik” hulp te gaan zoeken, kan zich verplaatsen als we Ware Vergeving toestaan, naar schuldhulpvergeving waarbij de denkgeest zich wil herinneren en bewust waarneemt dat het probleem zich in de denkgeest van de denker bevindt die voor afscheiding kiest en daardoor alleen maar zonde, schuld en angst kan ervaren, middels projecties daarvan.

De volgorde verandert dus totaal, niet de uiteindelijk vorm, de projectie is de oorzaak en het gevolg, maar de denkgeest is oorzaak en gevolg. De denkgeest die kiest voor het geloof in afscheiding en dientengevolge wel voor zonde, schuld en angst moet kiezen en dat vervolgens projecteert, omdat de bron, de denkgeest (de bron) verborgen moet blijven.
Dat wil niet zeggen dat de vorm waarin zich dit allemaal uit-projecteert ontkent moet en zal worden, alleen de functie van de projectie verschuift, van naar “buiten” (de wereld) naar “naar binnen” (de denkgeest). Immers projectie maakt waarneming. “Ze getuigt van de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand” (T21.In.1:5).

Als “mijn” innerlijke denkgeest toestand voor het geloof in zonde, schuld en angst kiest, dan zal dat terug te herkennen zijn in en door “mijn denkgeest” projecties.
Wordt dit volledig doorzien dan kunnen al mijn projecties gaan dienen als reminder om te laten her-gebruiken als vergevingsmateriaal en vergevingskans in en door de denkgeest.
Als dan de met opzet door de denkgeest opgeworpen blokkade in Ware Vergeving is opgelost komt vanzelf de grenzeloze ruimte van Éénheid weer naar boven drijven en zal moeiteloos als vanZelf precies geweten worden wat het meest liefdevol is om te “doen”. Een “Geïnspireerd doen” zonder oordeel, zonder verwachtte uitkomst in totaal Vertrouwen een “doen” als de reflectie van onveranderlijke Liefde in God, Éénheid, dat wat IS. Let wel “een reflectie”, dus nog steeds een projectie, een beeld, maar dan wel een projectie die niet vanuit het geloof in zonde, schuld en angst komt, maar vanuit vormloze, non-dualistische Éénheid, Waarheid.



De ‘waarom’ vraag is de meest gestelde en logische vraag die door elke Cursus student vroeg of laat gesteld wordt.
Hij raakt meteen ook de kern van de metafysica van de Cursus: Er is geen wereld. Er is alleen Geest en die Geest is Eén en daar maken ‘wij’ (denkgeest) ook als Geest onderdeel van uit onveranderlijk verankerd in Eenheid (God).

Als je vanuit deze aanname gaat denken en je neemt aan dat er alleen Geest is dan moet er nog een oplossing gevonden worden, een verklaring voor het feit dat wij (denkgeest) een wereld ervaren, voelen, beleven.
Want of er is een wereld van vormen, die autonoom is, of er is alleen Geest, allebei kan niet.
De Cursus leert ons dan dat wij denkgeest zijn die bij machte is een wereld te projecteren, zoals een projector  een film kan projecteren.
Dat geeft in ieder geval een verklaring waarom wij een wereld zien en ervaren.
Wij, de denkgeest heeft deze wereld geprojecteerd, en het blijft een projectie.
Dit is al heel wat voor onze denkgeest om te kunnen begrijpen laat staan aan te nemen, want er is een rede voor het feit dat wij (de denkgeest)  een wereld projecteren.
Volgens de Cursus doen we dit om ons te verstoppen voor de wraak van God.
En bedenk ondertussen dat de woorden die je nu leest symbolen zijn en niet letterlijk genomen dienen te worden, wat voor de denkgeest ook alweer lastig is.
God staat voor Eenheid en is niet een ‘iets’,  of ‘iemand’ los van ons die de boel aanstuurt. God is puur Geest en Een en wij, ook Geest, een uitbreiding van die Geest, zijn daarmee onverbrekelijk verbonden.
Maar we communiceren nu eenmaal via woorden, en dat kan prima, mits we ze maar niet letterlijk nemen en verstaan, want dan gaan we het niet begrijpen, en is de Cursus ook niet te begrijpen en zal deze niet werken zoals deze bedoelt is.
Als we woorden namelijk wel letterlijk nemen, dan is er ook weer een wereld die waar is, en dat is nu juist waar de Cursus ons anders naar wil laten leren kijken.
Vrijwillig natuurlijk, maar het feit dat we op een goed moment de Cursus tegenkomen (of een andere cursus) wijst er op dat we (de denkgeest) een beetje aan het twijfelen gaan over wat nu eigenlijk Waarheid is, de waarheid straalt als het ware eventjes door in onze afgedwaalde en dromende denkgeest.
En dit volledig anders leren kijken gaat niet zomaar zonder problemen, want (wij) de denkgeest zal zich gaan verzetten, omdat het vreest dat het alles zal verliezen als we dit gedachte pad van ‘anders’ denken gaan volgen.
Dus proberen we ons (wij de denkgeest)  te verstoppen voor God, omdat we geloven (dromen) en in die droom geloven, dat we ons afgescheiden hebben van God, en met die gedachte werden ‘zonde’ en ‘schuld’ en ‘angst’ geboren.
Wij (de denkgeest) heeft gezondigd tegen God (Eenheid) en wij (de denkgeest) heeft het voor mekaar gekregen ons los te maken van Eenheid. Het onmogelijke is gebeurt, lijkt gebeurt, want het is nog steeds onmogelijk los te geraken uit Eenheid.
Omdat wij (denkgeest) toch denken dat het wel gelukt is ons los te maken uit Eenheid staan we nu onder leiding van zonde, schuld en angst en dat projecteren we nu, omdat het niet onze ware natuur is en het eigenlijk niet kunnen verdragen. Projectie van zonde, schuld en angst projecteert een zogenaamde denkbeeldige schuilplaats om ons te verbergen voor de wraak van God, en dat gevoel van de ‘wraak van God’ is ook niets anders dan een projectie van angst, het is niet gebeurt, het is slechts een ‘nietig dwaas idee’ (zie T27.VIII.6:2-3), waar wij (de denkgeest) in zijn gaan geloven.
Projecteren is dus eigenlijk een afstootverschijnsel van de denkgeest die iets probeert wat niet kan.
De denkgeest probeert dus afgescheiden te zijn van Eenheid (God), maar dat is onmogelijk, dus is het niet werkelijk gebeurt.

De waarom vraagt is dus een vraag vanuit afgescheiden denken te zijn (vanuit de egodenkgeest dus) want de vraag impliceert dat het wel gelukt is ons (de denkgeest) afgescheiden te laten zijn van God en nu vragen we ons af hoe dat kan. Het kan dus niet en is daarom niet werkelijk gebeurt.
Maar omdat we het toch als zodanig ervaren alsof het wel gebeurt is, althans als we dat uiteindelijk toe willen geven dat we denken dat het mogelijk is, dan openbaart zich tegelijkertijd ook de weg terug uit deze vergissing van de denkgeest.

Al het projectiemateriaal dat we geprojecteerd hebben schijnbaar naar buiten ons met als resultaat een schijnbaar ‘echte’ wereld, kan nu worden hergebruikt, nu niet voor afscheiding maar voor het opheffen van de afscheiding.
En dat is wat de Cursus noemt Vergeving Ware Vergeving (zie WdI.1 tussen les 220 en 221).

‘Ware Vergeving ziet in dat wat jij dacht dat je broeder jou heeft aangedaan, niet heeft plaatsgevonden.’ (wdII.1.1:1)

Dus alles wat wij (de denkgeest) beleven in een lichaam en in een wereld met andere lichamen en dingen en situaties, kan middels vergeving worden hergebruikt om ons te helpen terug herinneren in Eenheid, in God waar we nooit uit zijn weggeweest.
Vandaar dat de wereld van symbool van afscheiding dan wordt een symbool voor terugkeer uit het nietig dwaas idee van afscheiding dat nooit heeft plaatsgevonden.
Als wij (de denkgeest)  bereid zijn dit te willen doen, dan betekend dit dat de denkgeest een besluit heeft genomen niet meer te luisteren naar de egodenkgeest (het idee van afscheiding), maar naar Heilige Geest Denkgeest, dat gedeelte van de denkgeest dat nog steeds ondanks alles, ondanks de egodenkgeest, nog steeds onveranderlijk is verbonden met Eenheid (God). We zeggen dan dat we ons onder leiding stellen van de Heilige Geest, dus het symbool voor de wil terug te willen keren in Eenheid.

De egodenkgeest is het resultaat van de keuze gemaakt door de onbewust gehouden keuze gemaakt door de keuzemakende denkgeest welke voor afscheiding kiest.
Er lijkt gekozen te worden voor een bepaald persoonlijk script, maar eigenlijk wordt er gekozen voor afscheiding en die keuze wordt geprojecteerd als een projectie (te vergelijken met een film) die eruit ziet en ervaren wordt als een persoonlijk verhaal of droom. Die ene keuze gemaakt door de onbewust gehouden keuzemakende ene denkgeest voor ‘kijken’ met het ego is altijd dezelfde keuze: die voor afscheiding van Eenheid, Waarheid, God, Liefde. Dat het  ervaren wordt als een persoonlijk leven door een persoon en dat x 6 miljard is een verder gevolg van de wil tot afscheiding die men in de projecties uitgebeeld ziet.

De oorzaak van de eerste stap tot afscheiding uit Eenheid, wordt uit de denkgeest gewist, en daardoor wordt de oorzaak van de tweede stap tot afscheiding (een geprojecteerd leven) ook gewist en vergeten.
Resultaat: één denkgeest die nu alleen nog maar kan denken in afscheiding en zichzelf als één persoon met een persoonlijk leven ziet te midden van anderen met een persoonlijk leven. Een en al afscheiding, dat moge duidelijk zijn, als je het wil zien dwars door de zonde, schuld en angst van de ontkenning, het gelijk willen hebben heen.
De weg naar het terug herinneren kan daarom alleen geschieden door het pad van ‘het vergeten’ terug te wandelen, waardoor het vergeten stap voor stap kan worden vergeven en terugkeer in herinneren het onvermijdelijke gevolg is.

Het is misschien wel ‘lekker’ het totale abstracte, Éénheid, Waarheid, Liefde, God, in beelden om te zetten en dat spiritueel te noemen en daardoor de afscheiding in te slepen en dan net doen of dat iets te maken heeft met ‘ontwaken, verlichting’, maar ondertussen is het gewoon weer een afleiding van de aan afscheiding lijdende (ego)denkgeest. Het wordt wel tijdelijk als even ‘lekker’ ervaren, maar het is niets anders is dan het tijdelijk ‘lekker’ voelen na het gebruik van drank, drugs, seks, eten of wat dan voor ‘lekkers’ dan ook.

Daarom legt ECIW zo de nadruk op het leren oordeel loos te kijken, en daardoor te herkennen, onderkennen en ervaren van wat de keuze voor afscheiding inhoudt, door elke egogedachte + projectie heel bewust te gaan herkennen. En dat kan alleen als werkelijk ervaren en gevoeld gaat worden wat een pijnlijke keuze, de keuze voor afscheiding eigenlijk is, en dat dat de oorzaak is van alle lijden en niet wat er in de wereld lijkt te gebeuren. Dan zal de onvermijdelijke keuze kunnen worden gemaakt; “nee, dit wil ik niet meer, er moet een andere manier zijn”. Niet door het ontkennen van een wereld, mijn leven, mijn lijden en pijn, en dat van anderen, maar er doorheen te gaan, aan de hand van ‘de andere keuze’, de keuze voor het pad van terug herinneren in Éénheid, Waarheid, God, Liefde, in ECIW voorgesteld als de symbolen Heilige Geest en Jezus, symbolen voor oordeel loos kijken.

En nee dat eerlijke oordeel loze kijken, is niet comfortabel en dat is vaak de reden waarom men liever niet wil kijken naar alle ego uitingen en projecties van de egodenkgeest en liever God, Waarheid, Eenheid, Liefde de wereld van de projecties in sleept. Niet om redenen die men denkt, namelijk om een prettiger gevoel te krijgen, maar om het ‘vergeten’ voort te zetten en het totale abstracte: God, Waarheid, Eenheid, Liefde, juist buiten de deur te houden, door er een eigen geprojecteerde, beeldende ego versie van te maken.
Ook deze strategie van de egodenkgeest onderkennen en herkennen is onderdeel van het proces van leren oordeel loos te kijken met als enig Doel: terug herinneren in Waarheid, Eenheid, Liefde, God.

Het laagje voor laagje doorzien van hoe het denksysteem van de keuze voor ego werkt zorgt er ook voor dat het egodenksysteem steeds meer bloot komt te liggen en steeds duidelijker wordt dat elke gedachte met de dualistische keuze voor ego begint.
Zolang de denkgeest nog niet ontwaakt is uit het geloof in de droom van het ene ego, dat bestaat uit 2 dualistische zijden (1+1=2), zal altijd de keuze voor het ego het eerst en het meest zichtbaar/voelbaar zijn, en ervaren worden als conflict.

Alleen de denkgeest die er aan toe is en bereid is hiernaar te “kijken” met HG in plaats van met het ego, zal bereid zijn en in staat zijn zich bewust te worden en gewaar te zijn van zijn keuze voor kijken met het ego en dan opnieuw te kunnen kiezen nu voor HG.
Niet de schijnbare persoon (projectie) is verantwoordelijk voor deze keuze, maar de denkgeest die gewaar is van zijn mogelijkheid tot kiezen op denkgeest niveau.

Er is steeds maar één keuze mogelijk, zodra het bewustzijn en het gewaarzijn er is dat er eerst automatisch als in een reflex voor het ego de onjuist-gerichte denkgeest is gekozen. De enige keuze die dan nog mogelijk is is de keuze voor de HG kant oftewel voor de juist-gerichte-denkgeest.

Dit lijkt in eerste instantie een persoonlijke keuze te zijn binnen het persoonlijke gewaarzijn van een persoonlijke denkgeest.
Dat kan wel zo lijken, maar dat is niet het geval.

Er is maar één egodenkgeest en er is maar één HG Denkgeest oftewel er is maar één nietig dwaas idee en daar is maar één Antwoord op welke het nietig dwaas idee kan doen laten oplossen in het niets dat het al was; een nietig dwaas idee.

Door dit te aanvaarden in een proces van het consequent terug-geven (vergeven) van elke waargenome keuze voor het ego aan HG, het symbool voor de verbinding met Één, zal de Verzoening met Één weer volledig herinnerd worden.

Wat is de logische consequentie van het idee dat er maar één ego is?

Dat kan niets anders betekenen dan dat de ene egodenkgeest elke (on)mogelijke egogedachte bevat. Dus het is niet zo dat er miljarden aparte egootjes zijn elk met hun eigen persoonlijke gedachtes, ook al lijkt dat zo te zijn. Er is één nietig dwaas idee dat we ego noemen en alles bevat; elke egogedachte en de daarbij behorende egoprojecties.

De wereld, het universum met lichamen, dingen en situaties is daarom niets anders dan een poging dit vreemde onnatuurlijke denksysteem van afscheiding te verbergen achter miljarden schijnbaar van elkaar losstaande persoonlijke gedachtes met projecties.

Alleen het geloof in zonde, schuld en angst, wat het verdedgingssysteem is van het ene ego houdt dit hele ene egodenksysteem in stand.

Hier eerlijk naar kijken olv HG/J Denkgeest en elke opkomende gedachte, emotie, ervaring als waarnemende denkgeest te bekijken, te herkennen en te erkennen, brengt de denkgeest terug in zijn ware functie van Vergever te zijn.


Wat is het verschil tussen genezing olv de keuze voor ego en genezing olv de keuze voor HG?

Eerst genezing olv ego:
Bijvoorbeeld ik heb hoofdpijn (maar het geldt voor elke vorm van onwel voelen, lichamelijk of geestelijk), ik besluit een pijnstiller te nemen en na een poosje wordt de pijn minder of verdwijnt.
De hoofdpijn wordt als oorzaak en gevolg gezien. Oftewel iets in de vorm, het lichaam of iets buiten mij wordt als oorzaak en gevolg gezien.
En de oplossing is ook vormgericht, ik neem een pijnstiller, of ik neem geen pijnstiller, met de gedachte ik wil die rotzooi niet in mijn lichaam. Beide oplossingen zijn nog steeds vormgericht. En er wordt zeker niet gezien dat dit alles zijn oorzaak vindt in een besluit op in dit geval egodenkgeest niveau, waarbij het de bedoeling is dat het feit dat het een beslissing is op denkgeest niveau inplaats van op lichaamsniveau verborgen moet blijven. Want dat is het doel en zo is het ego geprogrammeerd en zo werkt het ego, het kán niet anders.
De vergissing is niet ik neem wel of niet een pijnstiller. De vergissing bevindt zich op denkgeest niveau waar de beslissing wordt gemaakt om vanuit de keuze voor ego, dus het lichaam te ervaren, waardoor de bron, de denkgeest verborgen blijft.
De reflectie van die keuze zal ik vervolgens ervaren en geloven en absoluut zonder twijfel weten dat de pijnstiller z’n werk doet waardoor ik me beter voel en de pijnstiller zal moeten herhalen tot alle pijn weg is.

Genezing olv Heilige Geest:
Ik heb hoofdpijn, vanuit de waarnemende/keuzemakende bewuste denkgeest, weet ik dat ik geen onvrede in dit geval onwel voelen, voel om de reden die ik denk (denk aan les 5).
Ik besef dat de bron de denkgeest is (omdat er alleen denkgeest is) en alleen op dat niveau een keuze maak; de keuze voor ego of HG oftewel voor wel of niet afscheiding van God, Liefde, Éénheid.
Er wordt niet gekozen voor wel of niet een pijnstiller of wat dan ook om de pijn te stillen, er wordt alleen gekozen voor de Juist gerichte Denkgeest (HG).
Vervolgens zal ik de reflectie van die keuze ervaren beseffend dat niet de pijnstiller er wel of niet voor zorgt dat ik me beter voel, maar de keuze voor genezing van de denkgeest. De genezing van het geloof in dat ik me onwel voel vanwegen dat er iets verkeerd gaat in de vorm (lichaam).
Het zal dan ook niet uitmaken of de pijn wel of niet verdwijnt, wat wel verdwijnt is de pijn, het lijden op denkgeest niveau onafhankelijk van wat zich dan nog op het niveau van het script afspeelt. In het verhaal op het scherm, het toneel, de video zie ik de projectie van pijn, maar het wordt door de denkgeest, welke de bron is, niet meer als zodanig ervaren. Er wordt geweten dat het lichaam en alle andere vormen projecties zijn. En wordt gezien dat projecties droombeelden zijn gemaakt door de denkgeest die aanvankelijk in afscheiding geloofde, maar nu is genezen van deze in wezen onmogelijke waangedachte.

Kortom, genezing olv de keuze voor ego laat ogenschijnlijk het wel of niet genezen van het droomlichaam zien waarbij het lichaam de oorzaak en het gevolg lijkt te zijn waardoor verborgen blijft (met opzet) dat de keuze voor egodenkgeest de oorzaak en gevolg zijn, met als resultaat een zieke denkgeest, dat er ogenschijnlijk uitziet als een ziek lichaam.
Genezing olv HG is weten dat het enige wat ziek kan zijn de denkgeest is en dat het lichaam niet de oorzaak en het gevolg is maar een projectie is, een droom, een illusie, met als doel afgescheiden te zijn en te blijven van God, Liefde, Éénheid.

Dus de uitkomst van beide opties: ego of HG kan er in de vorm hetzelfde uitzien; wel of niet pijnstillers nemen, wel of niet beter voelen, maar op denkgeest niveau is er een groot verschil, namelijk het bewust zijn van de keuze vanuit de waarnemende/keuzemakende denkgeest voor ego of HG.
Daarbij wordt de ogenschijnlijke ziekte nu niet meer als oorzaak en gevolg gezien, maar krijgt alleen nog maar de functie en als reminder voor: kies opnieuw. En wordt de ervaring van ziek zijn alleen nog maar gezien als vergevingsmateriaal en een vergevingskans, waarachter het wonder van vergeving wacht.

De focus verschuift van geloven dat het lichaam de oorzaak en het gevolg is van mijn onwel voelen, naar weten dat de oorzaak en het gevolg liggen in de keuze die ik maak op denkgeest niveau, het enige niveau waar überhaupt een keuze gemaakt kan worden.
Hiermee verdwijnt uiteindelijk het geloof, de vergissing in dat er op lichaamsniveau een keuze gemaakt kan worden.

Ziekte is niet een keuze voor een lichamelijke (of geestelijke ziekte van de hersenen) ziekte, maar de keuze voor een zieke denkgeest (niet te verwarren dus met de hersenen!). Daaruit volgt dat alleen de denkgeest genezing behoeft en niet het lichaam.
Het lichaam is immers een neutraal plaatje, opzichzelf zonder betekenis. Het krijgt pas betekenis doordat de denkgeest (ego of HG) er een betekenis aan geeft.

De keuze om het lichaam en of iets buiten mij te zien als oorzaak voor ziekte is een hele stevige conditionering die niet zomaar verdwijnt als theoretisch begrepen wordt hoe het zit en werkt.
Het is zeker een goed begin, maar meer niet.
Slechts door de ervaring heen leren we of op het geloof in ego te vertrouwen of op Heilige Geest.
Waarbij de bereidheid aanwezig moet zijn om eerst de vergissing (mijn keuzes voor ego) te leren herkennen en te erkennen, want dat is een noodzakelijke stap. Als ik mijn vergissingen (keuze voor ego) niet onder ogen wil/kan zien, omdat de denkgeest er nog niet rijp voor is mis ik een vergevingskans en heb ik automatisch opnieuw voor ego gekozen. Maar ook deze vergissing, mits gezien is opnieuw een uitnodiging om de vergevingskans te zien en te aanvaardem.

Kortom wat er ook maar gebeurt in een zogenaamde wereld, in een zogenaamd lichaam, als ik alles als vergevingsmateriaal en vergevingskans ga leren zien is niets meer fout, maar slechts een vergissing, een keuze vergissing; de keuze tussen ego of HG.
Dat is de enige keuze die voortdurend gemaakt wordt ook al ben ik mij er niet van bewust. Een naar genezing opweg zijnde denkgeest leert alleen maar bewust te kiezen doordat wordt ingezien dat het een keuze is tussen illusie en Waarheid.



Er werd mij een vraag gesteld over wat mijn gedachtes zijn over het vaccinatiebeleid.


Als ik het op het niveau van de vorm zou willen analyseren dan kom ik al snel tot de conclusie dat het onmogelijk is het van nature toch al chaotische denksysteem van het ego überhaupt te kunnen analyseren.

Het is namelijk onmogelijk om een totaal overzicht te krijgen in alles wat bekend en onbekend is over vaccinaties, beleid, oorzaak/gevolg, onderzoeken enz. En zo is het ook bedoeld vanuit het egodenken. Het doel is een dualistische chaotische en onoverzichtelijke tweestrijd, zodat de ware ene oorzaak, de keuze om vanuit egodenkgeest te kijken aan het zicht, het gewaarzijn wordt onttrokken.

Alle discussies volgend van voor en tegenstanders kan ik niet anders dan tot de conclusie komen dat beide zijde, de beide dualistische kanten van het ego zijn en dat beide kanten evenveel ongelijk hebben.
Gelijk krijgen/hebben binnen het dualistische concept van de egodenkgeest is onmogelijk.

Vanuit het geloof in ego, het geloof in afscheiding, zal de uitkomst altijd afscheiding zijn. En dat is als ik eerlijk kijk het enige wat ik zie: afscheiding.
Discussies, gevechten, voor- tegenstanders hoe kan ik dat anders zien dan de projecties van de denkgeest die voor ego, dus afscheiding kiest? En dat is het enige doel van het ego, niet of de ene of de andere kant wel of geen gelijk heeft, maar alleen tweespalt zaaien waardoor de onmogelijke afscheiding van Één toch mogelijk lijkt.
En om me heen kijkend zie ik alleen maar tweespalt waarbij alle partijen ongelijk hebben. Want stel dat de ene partij gelijk zou hebben, dan zou dat Non-dualistische Waarheid moeten vertegenwoordigen en dat is binnen het ego-concept onmogelijk.

En omdat dit allemaal gepaard gaat met heftige emoties (ook een extra ego-verdediging) lijkt het allemaal heel echt en overtuigend en “moet” ik wel een keuze maken in de vorm zo lijkt en voelt het.

Het is alleen maar weer één van de vele valkuilen van de keuze voor met het ego te willen “kijken”.

Dus “mijn” persoonlijke visie is bij voorbaat al onbetrouwbaar, omdat vanuit het persoonlijke ego gefragmenteerde geloof er alleen maar een stukje gezien kan worden, wat alleen maar een poging tot afscheiding laat zien, meer niet.

Bovendien speelt dit zich allemaal af in de denkgeest en NIET, NOOIT in de vorm (de projectie).

Dan blijft over dat ik alleen in mijn eigen denkgeest kan observeren wat mijn gedachtes zijn. Een hulpmiddel daarbij om die gedachtes te kunnen zien/herkennen is door naar mijn projecties te kijken. Deze laten mij zien wat zich voor gedachtes bevinden in mijn denkgeest en voor welke denkgeest, ego of HG, ik gekozen heb.
“Projectie maakt waarneming. (…) Ze getuigt van de staat van jouw denkgeest, de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand”(T21.In.1:1,5).
Als er ook maar een splintertje ongenoegen hoe klein of juist monsterlijk groot ook gezien/ervaren wordt, dan weet ik 100% zeker dat ik voor ego gekozen heb. Ik kan daar de verantwoordelijkheid voor nemen (want wie anders zou dat kunnen) en opnieuw de keuze maken (als ik dat wil, ook dat is een vrijwillige keuze) maar nu voor HG. Meer hoef ik dan niet te doen. Het op dat moment juiste, meest liefdevolle antwoord zal dan vanzelf naar voren komen in de denkgeest. Dat soort antwoorden vanuit HG hebben als kenmerk dat ze 100% vrij van het geloof in zonde, schuld en angst, met daaraan alle gerelateerde emoties zijn. En dan maakt bijvoorbeeld voor of tegen iets zijn in dit geval vaccinatie, en het wel of niet nemen van een vaccinatie niet uit, want de keuze zal dan altijd liefdevol zijn hoe het er ook uit mag zien in de vorm. Ik weet immers van niets de bedoeling, omdat ik vanuit mijn beperkte focus blik het geheel niet kan overzien. HG kan dat wel…

Dan kan het best nog zijn, dat ik op vorm/projectie ego niveau het ego nog steeds z’n riedeltje hoor zingen, maar dan wéét ik dat ik dat niet ben en het niet persoonlijk en serieus hoef te nemen. En het alleen als vergevingsmateriaal en vergevingskans kan leren zien. Er vindt dan een verschuiving plaats van ego functie naar HG functie (het wonder).

Wat er dan eigenlijk gebeurt is dat gewoon “mijn” schijnbaar persoonlijke script gevolgd wordt, maar nu aan de hand van HG in plaats van die van het ego. Dat is het enige verschil. Of ik dan wel of niet een (ego) mening heb over het vaccinatiebeleid doet er dan helemaal niet toe, want ik zal weten dat mijn script een droom is, en alleen laat zien wat de dromer van de droom, de denkgeest, gekozen heeft: ego of HG.

Het antwoord is mij al gegeven, zowel het ego antwoord als het HG antwoord, want beide bevinden zich in de denkgeest, tegelijkertijd. Aan mij de keuze te maken olv welke denkgeest ik mijn dromen (het/mijn script, dat in de flits dat het opdook ook meteen weer verdween, een ego flits die zich elke gedachte weer herhaald) wil gaan zien en ervaren. (Ik denk nu aan de film Ground Hog Day, dat dit symbolisch heel aardig uitbeeld).
Het zich steeds herhalende ego verhaal van het geloof in zonde, schuld en angst blijft zich herhalen totdat de verschuiving heeft plaatsgevonden van het geloof in zonde, schuld en angst naar Liefde (van ego naar HG).

In wezen is het heel simpel en is er maar één oplossing inplaats van een totaal chaotische, onoverzichtelijke kluwen aan mogelijke antwoorden: mijn keuze voor ego of HG, telkens weer. Dat is de enige werkelijke keuze die gemaakt kan worden en ook werkt.

In die zin biedt deze tijd enorme kansen om het “anders” te gaan zien, vanuit een groeiend bewustzijn dat er een keuze is, en maar één keuze: ego of HG, de rest volgt dan vanzelf.
Wat hier voor nodig is, is eindeloos geduld, zonder te (willen) weten wat de door mij gewenste uitkomst is en/of wanneer het “klaar” is, bereidheid tot oefenen, en vooral vertrouwen in een onvermijdelijke goede afloop.
Want immers:

“Niets werkelijks kan bedreigd worden.
Niets onwerkelijks bestaat.

Hierin ligt de vrede van God
(T.In.2:2-4).

Een cursus in wonderen is vooral een cursus in het leren terug te keren naar de bron, de denkgeest en daar de waarnemende tevens keuzemakende positie in te nemen.
De denkgeest is de bron waar de keuze wordt gemaakt om met het ego (de keuze voor afscheiding) of met Heilige Geest (de keuze om de afscheiding te genezen) te denken.
Dit denken ontstaat niet in het brein, het brein is slechts een projectie, een kanaal die deze keuze tot uitdrukking brengt. Ik ben niet een lichaam, ‘ik’ ben denkgeest die droomt een lichaam te zijn en geloofd dat deze droom mijn ‘werkelijkheid’ is.

Terug gaan naar de denkgeest de bron en daar de waarnemende positie innemen stelt mij instaat zowel de droom, de film, het script te observeren terwijl het zich voltrekt als mijn projectie op het doek, als vervolgens de keuze te maken door welke ‘ogen’ ik wil zien. En er zijn maar twee keuzes: ego of HG. Waarvan er maar één Waarheid vertegenwoordigt.
Uiteindelijk zal ik leren dat er dus maar één keuze mogelijk is.
Ik zal mijn keuze herkennen aan mijn ervaring.

Elke gedachte bevat ego, Heilige Geest en de waarnemer/keuzemaker.
En elke gedachte die ik als denkgeest heb en projecteer gaat over ‘mij’, de staat van mijn denkgeest.
Als ik ‘een ander’ iets in mijn ogen stoms zie doen, dan betekent dat alleen dat ik mijn ego aanval gedachtes over mijzelf niet onder ogen wil zien en dat dan razendsnel weg probeer te projecteren, zodat de schuld zich nu buiten mij lijkt te bevinden en ik onschuldig ben. Dat is de functie van projecteren, projectie wast mijn handen in onschuld.
Projectie kan ook geprojecteerd worden op mijzelf als lichaam, maar ook het lichaam is een projectie met als doel iets buiten mij te willen zien.
Als projectie vanuit zonde, schuld en angst komt ziet het er altijd uit en wordt het altijd ervaren als een schuldig lichaam of iets anders buiten mij of als mij eigen lichaam. Het is hoe dan ook een projectie om mijn onschuld te bewijzen.

De waarnemer/keuzemaker is niet het lichaam. Wat ik zie geprojecteerd op ‘het doek’, komt altijd uit de denkgeest die zodra ik me daarvan bewust wil zijn, in staat is oordeelloos te kijken naar het geprojecteerde beeld, de poppetjes op het scherm die het script van zonde, schuld en angst uit lijken te spelen.
Zodra ik me als waarnemende/keuzemakende denkgeest hiervan bewust begin te worden en me bewust wordt van dat dat wat ik zie voortkomt uit mijn keuze voor zonde, schuld en angst kan ik de andere keuze maken, die van voor Heilige Geest, ook wel de juist gerichte denkgeest genoemd.
Ik (denkgeest) zal dan dezelfde projecties op het scherm anders ervaren en me er nu als bewuste denkgeest niet meer mee willen identificeren.
Ik weet dan dat ik niet de poppetjes ben op het scherm, maar wel de projector, de denkgeest die kan kiezen er door ‘ogen’ (het script) van zonde, schuld en angst (ego) of door ‘ogen’ (het script) van Liefde naar te kijken en te ervaren.
Als dit geleerd is, dan is het onmogelijk om wat dan ook wat zich vertoont op het scherm nog te rechtvaardigen als ‘waar’ en als de bron van wat ik ervaar.
En dat is tevens de nieuwe functie die wordt gegeven aan alles wat zich op het scherm lijkt af te spelen. Mijn projecties worden niet meer ingezet om mij als denkgeest af te scheiden van Liefde, God, Éenheid, maar als reminder om opnieuw te kiezen en de afscheiding te laten genezen.