archiveren

Tagarchief: liefde

Niet het lichaam ervaart pijn, hoewel dat wel zo lijkt te zijn, het is de denkgeest die pijn lijdt, de denkgeest (niet te verwarren met het brein) is ziek. Ziek omdat het wil geloven dat afscheiding van Één, Waarheid, God, Liefde mogelijk en wenselijk is.

De wens om deze onnatuurlijke denkgeest gedachte in stand te houden die recht tegenover de non-dualistische Liefde van God staat, en de onnatuurlijke moeite die dat kost projecteert zich uit als een lichaam dat pijn, moeheid, uitputting ervaart, waarbij de bron van dit alles de denkgeest verborgen blijft en er alleen een zieke, pijnlijke, wrede, haatvolle egoïstische wereld overblijft die zowel oorzaak als gevolg lijkt te zijn.

De schijnbaar ervaren lichamelijke pijn die zo echt lijkt wordt niet ervaren door het lichaam, maar door de denkgeest die voor afscheiding gekozen heeft. Vandaar dat alleen de denkgeest genezing behoeft. En als de denkgeest genezen is zal de ervaring van pijn anders zijn, of de projectie een ziek lichaam, of een zieke wereld nu wel of niet verandert. Er is alleen denkgeest die kan waarnemen en ervaren. Oftewel alleen de denkgeest kan kiezen voor pijn (ego) of voor het genezen van de denkgeest (HG/J).

Maar nooit is er het lichaam betrokken bij een keuze waarover dan ook.

De keuze voor terug te herinneren in denkgeest (in plaats van het lichaam), waar ook de keuzes worden gemaakt, zorgt er ook voor, mits er voor HG/J denkgeest gekozen wordt, dat er alleen liefdevol gekeken zal kunnen worden naar alle ervaringen/waarnemingen. En dat elke actie vandaaruit genomen ook de meest liefdevolle zal zijn,

Heilige Geest denkgeest zal elke voorheen pijnlijke gedachte+projectie oordeelloos aanvaarden en het voor dat moment meest liefdevolle advies geven. Aanvaard dat, want wij in onze beperking door het geloof in afscheiding en nog steeds het lichaam als bron van alle pijn en ellende zien, kunnen onmogelijk het geheel overzien en weten wat het meest liefdevol is om te doen.

Daarvoor is Vertrouwen nodig in de enige werkelijk Helende kracht van dat deel van de denkgeest (HG/J denkgeest) dat nog steeds verbonden is met onze non-dualistische Waarheid, God Liefde.

Door mijn leven als leerschool te zien en al mijn ervaringen/waarnemingen van pijn en lijden alleen nog maar wil zien als vergevingsmateriaal en vergevingskans, zal de voorheen zieke in afscheiding van god gelovende denkgeest (ego) volledig, zonder geweld, pijn en moeite oplossen in de genezende kracht van de non-dualistische Liefde van God.

Een gedachte over werkelijke verantwoordelijkheid nemen. Als alles een gedachte is van en in de denkgeest, en er niets anders is dan gedachtes in en van de denkgeest, dan ligt niet de verantwoording in wat het zogenaamde lichaam met hersenen doet in een zogenaamde wereld, maar welke keuze er gemaakt wordt in en door de denkgeest. En die keuze kan alleen maar de keuze zijn tussen ego of HG.
Al mijn zogenaamde ervaringen in een zogenaamd ervaren wereld getuigen van die keuze.
De ervaringen, dus de gevoelens, emoties, niet het ervaren van de projecties als iets opzichzelfstaand, want projecties staan niet op zichzelf, gedachtes/ideeën verlaten niet hun bron de denkgeest. Als dat ten volle waargenomen wordt en de verantwoordelijkheid voor de enige keuze die er is: ego of HG wordt genomen dan wordt duidelijk dat alleen de keuze voor HG terugkoppelt naar Waarheid, Éénheid, God, Liefde en dat de in eerste instantie keuze voor ego (ego spreekt altijd eerst) alleen maar geschikt is om te vergeven, zodat alleen waarnemen vanuit HG overblijft.
Als die verantwoordelijkheid wordt ingezien en bewust genomen dan is de eerste stap bij elke waarneming/ervaring die in eerste instantie vormgericht is, en dat is alles wat de zogenaamde “ik” ervaart door de dag en nacht heen, het alleen nog maar gezien wordt als vergevingsmateriaal en vergevingskans, zodat elke met opzet opgeworpen ego-denkgeest blokkade van en door de denkgeest oplost en de vrije doorstroom van de altijd nog steeds ene hele Denkgeest automatisch overblijft.
Die vrije ongeblokkeerde doorstroom van en in de Denkgeest (HG Denkgeest) zal dáár opgepikt en herkend worden waar de ontvankelijkheid van de schijnbare afgescheiden stukjes denkgeest aan toe is.
Dus het ontwaken van de hele ene keuzemakende denkgeest die eerst voor ego heeft gekozen (voor afscheiding) is afhankelijk van de ene keuze van de keuzemakende denkgeest die zijn verantwoordelijkheid neemt niet meer voor ego, maar om voor HG Denkgeest te kiezen. En nogmaals dit alles speelt zich enkel en alleen af in denkgeest, omdat er niets anders is dan dat.
Lichamen nemen niet waar en ervaren niet. Vandaar dat de wereld verbeteren/veranderen of vernietigen nooit kan en gaat werken dan alleen in waanzinnige schizofrene dromen van de ene keuzemakende denkgeest die voor de waanzin van het ego kiest en daardoor dingen waarneemt die er niet kunnen zijn.
Werkelijke Verantwoordelijkheid is dus alleen gelegen in de keuze voor egodenkgeest of voor HG Denkgeest.
Elke ervaring in de vorm, de wereld, dient dan alleen nog als spiegel voor wat er zich in de denkgeest afspeelt, waardoor de keuze voor ego zichtbaar wordt en er opnieuw nu heel bewust gekozen kan worden voor HG:

“1.Projectie maakt waarneming. 2De wereld die jij ziet is wat jij haar gegeven hebt, niets meer. 3Maar ook al is ze niets meer, ze is ook niets minder. 4Daarom is ze voor jou belangrijk. 5Ze getuigt van de staat van jouw denkgeest, de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand. 6Zoals een mens denkt, zo neemt hij waar.* 7Probeer dan ook niet de wereld te veranderen, maar kies ervoor je denken over de wereld te veranderen. 8Waarneming is een gevolg, geen oorzaak. 9En juist om die reden is een rangorde naar moeilijkheid bij wonderen zonder betekenis. 10Alles wat met visie wordt bezien, is genezen en heilig. 11Niets wat zonder dat wordt gezien, heeft enige betekenis. 12En waar geen betekenis is, heerst chaos” (T21.In.1:1-12).

Dat is het enige wat ECIW probeert te onderwijzen aan de waarnemende denkgeest die eraan toe is zijn verantwoordelijkheid te nemen voor zijn in eerste instantie keuze voor onder leiding staan van de egodenkgeest in twijfel te trekken en bereid is opnieuw te kiezen nu voor HG Denkgeest.

Er is geen wereld (WdI.132.6:2), DUS dan is er ook geen “ik lichaam”…
Als we deze stelling doortrekken volgen er nog veel meer alles omvattende gevolgtrekkingen.
Bijvoorbeeld de kijk op het idee van “de dood”.
Als er geen wereld is dan is de dood net als de wereld ook niet mogelijk, maar slechts een “idee”.
“Een nietig dwaas idee” (T27.VIII.6:2) zoals de Cursus het omschrijft.
Er is geen wereld, geen “ik”, geen dood, maar we ervaren wel een wereld, een “ik”, de dood enz. op een tijdlijn die we ervaren binnen het concept ruimte en tijd.

Een cursus in wonderen stelt dat de bron van waaruit er een wereld, een “ik”, en de dood lijkt te bestaan de denkgeest is. Niet het “ik” lichaam dat lijkt te denken vanuit een brein is de bron, maar de denkgeest.
Denkgeest is onstoffelijk. Dat betekent dat de denkgeest niet dood gaat, maar slechts een idee een gedachte heeft over dat er een wereld is, en dat er een lichaam is dat dood gaat.
Om dat enigszins begrijpelijk te maken spreekt de Cursus over een droom :

“Wanneer je gevangen bent in de wereld der waarneming ben je in een droom gevangen. Zonder hulp kun je niet ontsnappen, want alles wat je zintuigen je tonen getuigt slechts van de werkelijkheid van de droom” (Vw.xi).

Het woord “droom” komt 402 x voor in de Cursus! Als (nog) niet geaccepteerd is dat de wereld, het lichaam, de “ik” kortom al het zogenaamde stoffelijke op welk vibratie-niveau dan ook een droom is van en in de denkgeest dan ligt dat niet aan de onduidelijkheid van de Cursus, maar aan de nog onbewuste weerstand van de ook nog steeds onbewuste (waarnemende/keuzemakende) denkgeest die ergens aanvoelt dat het accepteren van dit gegeven einde verhaal van de wereld, dus ook het einde van de zogenaamde “ik” is.
Geïnterpreteerd als “de dood” van het “ik” lichaam, en tenslotte het einde van de wereld als vorm zoals voorspeld in de Bijbel als de Apocalyps, is (één van de) ego-interpretaties tegen het onbewust gehouden idee dat de wereld en de zogenaamde “ik” enz. slechts een droom is, dus een illusie zijn.

De “je” waarmee we worden aangesproken is in de Cursus ALTIJD de denkgeest. Het lichaam is een idee, een gedachte in en van de denkgeest.

De reis van het onbewust geheim gehouden van de droom door de dromende denkgeest terug naar de bewustwording van dat de wereld en de “ik” enz. slechts lijkt te bestaan in dromen, stuit op gigantisch veel weerstand. Maar niet om de reden die ik denk (WdI.5).

Het lijkt regelrecht in te gaan tegen “de Wil van God” die we uit de bijbel kennen.
Deze god van de bijbel is dan ook gemaakt naar het evenbeeld van het geloof in een wereld en een “ik” lichaam enz. Een god met zintuigen die kan horen, zien, voelen en “ergens” woont.
Een god die partij kiest, oordeelt en veroordeelt, straft en beloond, een god die in zonde, schuld en angst geloofd en daarnaar handelt. Dit alles is een projectie naar het evenbeeld van dit geloof in een wereld van een “ik” lichaam, in het bestaan van een wraakzuchtige in zonde, schuld en angst gelovende god als vervanging van en verdediging tegen het (nog steeds aanwezige onveranderlijke) Weten dat er geen wereld en geen “ik” lichaam enz. bestaat, dan alleen in dromen.
De zogenaamde mogelijkheid van het sterven van het lichaam is hier dan ook een projectie van. Daardoor blijft zogenaamd onbewust, maar ondertussen opzettelijk verborgen, dat dit alles bedacht en geprojecteerd wordt door de keuze voor de in zonde, schuld en angst gelovende waarnemende denkgeest.
Enkel het geloof in dit hele door de egodenkgeest als verdediging tegen de nog steeds onveranderlijke, onverbrekelijke Éénheid, Waarheid, God, Liefde, houdt dit onmogelijke egodenksysteem in stand.

Dit egodenkgeest-geloof in de onvermijdelijke dood van het lichaam enz. en het uiteindelijke verdwijnen van de wereld en het universum vervangt dus de werkelijk onvermijdelijke werkelijkheid dat er geen wereld en dus ook geen “ik” kan bestaan.

Er is alleen Geest die onveranderlijk heel en één is in God.
Enkel het geloof in zonde, schuld en angst met als extra versterking al de bijbehorende emoties zoals verdriet, lijden, woede, pijn, maar ook plezier en vreugde die allemaal vormgericht zijn houden dit onmogelijke geloof in stand.
Vroeg of laat moet dit onmogelijk houdbare geloof wel door de mand vallen, omdat het niet vol te houden is en het lijden niet meer te dragen en niet meer vol te houden is. dan zal uiteindelijk onvermijdelijk de gedachte “Er moet een andere manier zijn” opborrelen uit het onbewuste.
Niet omdat het lijden ten gevolgen van schijnbare gebeurtenissen in “mijn leven” niet meer te dragen is, dat staat slechts symbool voor het niet meer vol te houden verbergen van Waarheid, Éénheid, God, Liefde in en door de denkgeest.
Dat is de betekenis van de uitspraak:

Niets werkelijks kan bedreigd worden.
Niets onwerkelijks bestaat.


Hierin ligt de vrede van God
(In.2:2-4).

Wat betekent dat in de dagelijkse praktijk waarin we nog steeds geloven dat de lichamelijke dood echt bestaat.
Dat iedere keer dat er iemand of iets sterft we eigenlijk alleen maar ons gelijk krijgen in dat de dood bestaat en dat de wereld en het “ik” lichaam enz. werkelijkheid zijn en dat werkelijke Werkelijkheid, Onveranderlijke Éénheid, God, Liefde, non-dualisme niet bestaat.
De dood is dus eigenlijk een ontkenning van dat wat dood lijkt te gaan, een lichaam, in werkelijkheid is: onveranderlijke Geest thuis in God in volmaakte Éénheid alleen in staat tot het uitbreiden van de volledig non-dualistische Liefde van God.

Dat betekent niet dat we iets moeten veranderen aan dat we nog wel ervaren in onze “dromen” van illusie waarin het idee van dood nog wel werkelijkheid lijkt te zijn. We ervaren nog steeds de dood van onze geliefde en anderen om ons heen in ons leven. We rouwen “normal”, we nemen afscheid, begraven/cremeren zoals we dat gewend zijn en graag willen, kortom we veranderen niets aan de vorm.
Wat wel gaat en het enige wat kán veranderen stap voor stap in dit hele proces van onbewust naar bewustwording is de denkgeest-verschuiving van het waarmaken van projecties vanuit zonde, schuld en angst naar de bewustwording van dat we ons vergist hebben en dat we (Geest) in werkelijkheid nog steeds onschuldig en onveranderlijk Één zijn in God.
Dat is wat ECIW met het Wonder van Vergeving bedoelt. We vergeven onszelf dat wat we dachten en geloofde dat ons is aangedaan of overkomen in werkelijkheid niet gebeurt is anders dan enkel in dromen van het geloof in de mogelijkheid om afgescheiden te raken van non-dualistische Éénheid, Waarheid, God, Liefde.

En is Ware Vergeving niet het meest liefdevolle wat “we” in de hoedanigheid van keuzemakende denkgeest kunnen schenken aan de hele ene denkgeest die eerst verkoos te kiezen voor de mogelijkheid van afgescheiden te kunnen zijn van non-dualistische God/Liefde dmv het geloof in “de dood”, zich nu dmv Ware Vergeving hiervan zich terug kan herinneren in onveranderlijke Éénheid, Waarheid, God, Liefde?
Een Liefde waar niets of niemand van uitgezonderd kán zijn, want Één is onveranderlijk Één en kan onmogelijk werkelijk twee worden.












We zijn een leven lang geobsedeerd bezig het lichaam in stand te houden. Wat we eigenlijk in stand willen houden, maar wat verborgen moet blijven, is ons geloof in de egodenkgeest.
En we willen het geloof in de egodenkgeest in stand houden, omdat dat gedachtesysteem de enige brandstof is die het idee en het geloof in een lichaam gaande houdt.
Een schijnbaar gesloten gedachtesysteem dat zichzelf draaiende houdt, maar in z’n geheel een illusie een waanidee is.

Onze obsessieve relatie met het lichaam is gebaseerd op een waanidee waar we in geloven en dus denken dat het waar is.
Onze focus op het lichaam is een dagtaak, we zijn altijd met ons lichaam bezig, ook als we het negeren, want iets negeren, betekent dat we geloven dat het er eerst was, maar nu genegeerd wordt.

De obsessie voor het lichaam is eigenlijk de verdediging tegen Eenheid, tegen Liefde, tegen God.
Hoewel het eigenlijk juist het tegenovergestelde lijkt te zijn.
Onze ultieme, goed verborgen, verdediging tegen Eenheid, Liefde, God is van God ook een ´lichaam´ te maken, in de zin van ´iets´ wat los van ons staat en ver verheven is boven ons kwetsbare lichaampjes. En zo wordt ook van Eenheid een dualistische versie gemaakt; god en ik, jij en ik, twee aparte lichamen, en van Liefde wordt speciale liefde bedacht; god houdt van mij, god houdt niet van mij, ik hou van jou, omdat jij mijn geliefde, kind, ouder, familie, vrienden enz. bent, maar ook speciale haat hoort in de dualistische rijtje thuis, allemaal met als centraal uitgangspunt het lichaam.

Dus van waar we ons tegen verdedigingen (Eenheid, Liefde, God) hebben we nu een speciale eigen haat/liefde versie gemaakt, naar ons eigen waan-evenbeeld.
Het verhaal wat we kennen dat God ons heeft gemaakt naar zijn evenbeeld lijkt nu te kloppen, want alleen op die manier kunnen we voor onszelf hard maken dat we een lichaam zijn, want we hebben nu een god bedacht die ook een soort lichaam is, los van ons staat en ons ‘geboetseerd’ heeft en adem heeft ingeblazen.
Het verhaal van zonde, schuld en angst werd leven ingeblazen, het grote theater van de zonde, schuld en angst ving aan. En we namen en nemen dit bloedserieus, we zien het zeker niet als het theater van de lach. We spelen onze rollen bloedserieus en vergeten dat dit alles voortkomt uit de (ego)denkgeest en we niet onze rollen zijn.

Dus dit hele gedoe heeft maar één doel en dat is ‘vergeten’ dat we in werkelijkheid denkgeest zijn en niet een lichaam.
Het doel is dus helemaal niet lichaamsgericht, zoals de egodenkgeest wil geloven, maar denkgeest gericht, omdat er niets anders is dan denkgeest en dus kan alleen de denkgeest de bron zijn en kan er alleen in de denkgeest iets veranderen.
Het lichaam is de enige troef die de egodenkgeest heeft, dus dat moet obsessief bewaakt en gebruikt worden waarbij het voor het ego niet uitmaakt of het lichaam nou gebruikt of misbruikt wordt, aangevallen of verdedigd wordt, als het lichaam maar als oorzaak en gevolg wordt gezien is het goed voor de in afscheiding gelovende egodenkgeest.
Alles wat we, de denkgeest, doen is gericht op het in stand houden van de gedachte een lichaam te zijn, alles, elke ademteug, elke beweging, elke hap, elke gedachte over ziekte en gezondheid, en dood allemaal lichaamsgericht.

De obsessie die we hebben tov het lichaam is dus helemaal niet lichaamsgericht, maar egodenkgeest gericht, met als enig doel te voorkomen dat we ons herinneren denkgeest te zijn, dat een lichaam projecteert.
De denkgeest huist niet in een lichaam, maar andersom, het lichaam is een gedachte van, door en in de denkgeest. En wat we zien en denken te zijn is een projectie, een lichtbeeld, en dus nog steeds een gedachte, aangestuurd door gedachten en wel gedachten van zonde, schuld en angst.
Het is immers onmogelijk uit Eenheid, Liefde, God te stappen, dus moet wat de egodenkgeest probeert te doen, zich toch af te scheiden, wel zeer pijnlijk en onnatuurlijk zijn en precies het tegengestelde van Liefde zijn, namelijk zonde, schuld en angst. En zo lijden we nooit om de reden dat we denken en geloven te lijden, namelijk door iets wat zich buiten ons afspeelt in enige vorm welke eruit ziet als lijden.

En natuurlijk is de weerstand dit te willen zien enorm. Een weerstand die geprojecteerd wordt op het lichaam en daar wordt ervaren, als lichamelijke pijn en ongemak, maar niet gezien mag worden als komende van de egodenkgeest die de lichamelijk pijn en ongemak als rookgordijn gebruikt, als afleiding van de oorzaak, die enkel en alleen in de denkgeest ligt.
De egodenkgeest is immers in elke gedachte die we denken aanwezig en doet dus altijd mee, en voert keurig en gehoorzaam uit waar deze is voor bedacht; weerstand geven.

Maar gelukkig is ook de herinnering aan wat we werkelijk zijn, denkgeest, wel nog steeds aanwezig in elke gedachte; de waarnemende/keuzemakende denkgeest. En alleen de denkgeest die zich aan het bewust worden is van dit hele waanzinnige (on)mogelijke gedoe, kan leren dat er een bewuste keuze gemaakt kan worden, niet een keuze op vorm niveau, dus lichaamsniveau over het lichaam, maar op denkgeest niveau, over naar welk denksysteem we willen luisteren: ego of Heilige Geest.

Gedachten zoals, ja maar het lichaam dan, moet ik dat dan maar negeren, is een egogedachte, een verdedigingsgedachte. En dat is niet fout of goed, het ego doet waar we het voor hebben bedacht, het kan niet anders.
Het enige wat we wel kunnen doen, als waarnemende/keuzemakende denkgeest is oordeelloos leren kijken naar al die verdedigingen tegen Liefde, Waarheid, God, en deze vergeven, omdat we willen zien dat het onmogelijk is en onzinnig, onnodig ons te verdedigen tegen Liefde, Waarheid, God of hoe we het Onnoembare ook willen noemen.

En het lichaam dan? Dat krijgt dan een andere functie in handen van onze HG kant van de denkgeest en zal moeiteloos zijn nieuwe functie vervullen, nu als projectie vanuit HG, waarbij het lichaam slechts een hulpmiddel is wat we, zolang we in de ‘ervaring’ verkeren, kunnen begrijpen.

Ik (denkgeest) laat de egodenkgeest voor wat het is met z´n speeltje (het lichaam) en geef het terug aan HG/J, alsjeblieft her-gebruik het maar, her-gebruik elke beweging elke handeling elke gedachte die lichaamsgericht lijkt te zijn.
En ik (denkgeest) ga dus nu niet mee in de (ego)gedachte dat ik nu ik dit zie al mijn ‘slechte’ gewoontes aan moet gaan pakken, en nieuwe ‘goeie’ gewoontes aan moet leren, want dan maak ik weer het lichaam tot centraal uitgangspunt en ben ik weer gewoon aan het oordelen.
Ik (denkgeest) hoef alleen maar te leren elke gedachte die ik heb terug te nemen in de denkgeest en te vergeven, zonder resultaat gericht te zijn. En als ik merk dat ik dat wel ben, die gedachte ook weer te vergeven, en als ik daar ook weer een oordeel over heb, dat ook weer te vergeven. Alleen zo zal ik leren oordeelloos te kijken en wordt ik als een toeschouwer in de zaal die naar zijn eigen toneelstuk kijkt, erin speel, maar zich er niet meer mee vereenzelvigt. Zoals een acteur op het toneel ook donders goed weet dat hij z’n rol niet is, maar hem wel speelt.
De denkgeest is dan helemaal terug in de waarnemende/keuzemakende denkgeest positie die alleen nog maar kan kiezen tussen angst of Liefde, terwijl het toneelstuk op het toneel gewoon doorgaat, tot het klaar is, niet door de lichamelijke dood, maar doordat de denkgeest zich volledig herinnert in God.

Leestip: T4.V. De ego-lichaam-illusie, blz. 65 van het Tekstboek van ECIW

Elke ego investering in het waarmaken van elke gedachte dmv projectie en de projectie als bron zien in plaats van de achterliggende (ego)brongedachte, vertegenwoordigt de wens om afgescheiden te zijn en te blijven van God, Liefde, Éénheid.
Tegelijkertijd vertegenwoordigt elke ego gedachte, achter de wens om afgescheiden te zijn, de met opzet verborgen diepe wens terug te herinneren in God, Liefde, Éénheid. En het Weten dat God, Liefde, Éénheid de onveranderlijke Bron is.
Deze diepste nooit verdwenen Herinnering ook wel Heilige Geest genoemd in ECIW, vertegenwoordigt de onlosmakelijke nooit verbroken verbinding met God, Liefde, Éénheid.

Het ‘enige’ wat te doen staat is de ego-verdedigings-laag waarnemen en zijn afscheidingsfunctie te herkennen en als vergevingsmateriaal aan HG (ver)geven.
Oftewel de vergissing (de gedachte dat het mogelijk is af te scheiden van God, Liefde, Éénheid) terug te geven aan zijn bron, de tot waarnemen en keuzemakende in staat zijnde denkgeest.

Dit hele vergevingsproces klinkt heel eenvoudig en simpel, en dat is het in wezen ook, maar wordt niet als zodanig ervaren en herkend, van wegen het met opzet ‘vergeten’ van de onveranderlijke Bron, achter een beschermende verdedigingsmuur van het geloof in zonde, schuld en angst met als enig doel het waarmaken/definiëren van elke projectie.
En toch is ontwaken uit deze onmogelijke droom van afscheiding onvermijdelijk, omdat het onmogelijk is Werkelijkheid, God, Liefde, Éénheid te veranderen en of te vernietigen.

Laat daarom elke opgemerkte egogedachte terugkeren naar zijn bron, hoe moeilijk dat ook mag lijken te zijn. Besef dat het nooit moeilijk lijkt om de reden die ik denk/ervaar. Het wordt als moeilijk ervaren omdat het ego een verdedigend en aanvallend denksysteem is en gewoon zijn het door mijzelf als keuzemakende denkgeest opgedragen taak uitvoert, met als wapens het geloof in zonde, schuld en angst.
En hoe dichter in de ogen van het ego, de zogenaamde ‘vijand’ (God) nadert hoe harder de strijd lijkt te worden en lijkt het ego meedogenlozer een kwaadaardiger terug te slaan.

Besef dan steeds weer ‘ik ervaar dit niet om de reden die ik denk’. Het ego heeft maar één opdrachtgever en dat ben ‘ik’, de denkgeest die voor het ego kiest. En deze ene opdrachtgevende denkgeest kan ook deze onzinnige, onnodige opdracht tot aanval en verdediging terug nemen en de strijd laten stoppen. Niet door iets te doen aan de projecties, maar door de gedachte en de projecties (gedachte verlaten nooit hun bron) te vergeven.
Het onmogelijke (afscheiding van God) is onmogelijk en blijft onmogelijk. Het onmogelijke kan vergeven worden, zodat vanzelf het ene Mogelijke overblijft…

Het duurt jaren en jaren, zo niet levens en levens lang om de door het geloof in tijd en ruimte de levens-lange opgebouwde laag van het geloof in ego conditioneringen die als schild dienen tegen God, Liefde, Éénheid, stap je voor stapje, laagje voor laagje op te laten lossen in het licht van ware vergeving.

Waarom duurt dat zo lang?
Omdat de egodenkgeest achter elke gedachte/projectie zit en de (schijnbaar) dikke gedachte laag van het geloof in afscheiding blijft opbouwen met zijn eigen gedachte materiaal.
Gedachte materiaal dat als voedingsbodem, het geloof in zonde, schuld en angst heeft.

Hoe is dat te zien?
Door waar te nemen dat het ego voor elk schijnbaar bedacht ‘probleem’ ook een oplossing heeft. Voor elke afscheidingsgedachte heeft het ego ook een afscheidingsoplossing klaar staan.
Het kenmerk van ego-afscheidingsgedachten is dat het probleem altijd in de wereld van de vorm wordt gezien en nooit in de denkgeest.
Bijvoorbeeld ik heb een probleem, ik voel met niet lekker, ik ben ziek, ik voel me eenzaam, ik heb het te druk, ik heb gebrek aan van alles en nog wat, nou ja ga zo nog maar door tot je een mega bestand aan klachten en problemen bij elkaar heb bedacht. Het kenmerk is altijd; ik wordt door iets wat van buiten mijn lichaam komt (of door mijn eigen lichaam) aangevallen, dus moet ik me daar dat wat ik als bron zie; het lichaam of enige andere vorm, mijzelf tegen verdedigen.

En ook al doe ik de Cursus en heb ik in middels geleerd dat niet het lichaam of de vorm de oorzaak is, maar de denkgeest (niet de hersenen!), het ego blijft zijn ego-lied opdreunen, als een vastgelopen plaat.
De Cursus heeft hier een uniek, briljant antwoord op:
probeer het ego niet te veranderen, het kent geen ander liedje dan het liedje van afscheiding.
Val het niet aan, probeer het ego niet kapot te maken, verstop het niet onder lagen van weerstand, zonde, schuld, angst, haat. Overgiet het niet met een spiritueel ego sausje, ga het niet weg zitten mediteren, ga niet ECIW her-schrijven om het zogenaamd eenvoudiger te maken, of om volgelingen te verzamelen en een nieuw geloof + kerk op te richten, neem slechts al die ego pogingen iets te veranderen in en aan de vorm, in een poging een betere vorm te maken, (oordeel loos) waar en neem ook waar als je deze ego pogingen ook weer wilt veranderen en als dat niet werkt die ook weer te veranderen, en weer en weer en weer. Het enige wat er dan gebeurt is het steeds verder ingraven in de steeds diepere loopgraven van de egodenkgeest.

Neem dat alles alleen waar, want daar is de waarnemende denkgeest toe in staat, tot de bodem van ego-oplossingen geïnspireerd door het geloof in zonde, schuld en angst is bereikt. En er uiteindelijk het besef is, dat ronddolen in de doolhof van de egodenkgeest NIET WERKT.
Het ego, dat nog steeds in elke gedachte zit zal gewoon doorgaan met zijn afscheidings-ideeen, maar de onvermijdelijke drang tot ontwaken uit deze psychotische ego droom zal tenslotte de enige keuze zijn die nog overblijft.
Het waarnemende aspect van de ontwakende denkgeest zal steeds sterker worden en tot steeds beter waarnemen in staat zijn. De identificatie met het geloof in de egodenkgeest zal steeds zwakker worden, zodat de verdediging laag van de keuze voor ego steeds dunner wordt, waardoor Juist-gerichte-denkgeest vanzelf zijn natuurlijke plaats in zal nemen.

Het is dus niet nodig de aandacht te richten op Juist-gerichtheid van denken, maar louter en alleen op de verdediging TEGEN Juist-gerichtheid van denken, de keuze voor onjuist-gerichtheid van denken oftewel de egodenkgeest en deze oordeelloos waar te nemen olv de Juist-gerichte denkgeest (HG/J) en te vergeven.
Zo zal automatisch die hele schijnbaar dikke ego-gedachte-laag dunner en dunner worden, doordat de investering eruit wordt teruggenomen en naar de Juist-gerichtheid van denken (HG/J) wordt gebracht (vergeven) totdat de identificatie van de denkgeest met het illusoire ego-aspect van de denkgeest helemaal verdwenen is.

Het unieke van ECIW is dus dat het dat wat bedoelt is om af te scheiden van Éénheid, God, Liefde niet probeert te vernietigen, maar her-gebruikt als vergevingsmateriaal en kans.
Deze omslag van denken, oftewel het Wonder, is de reden dat deze cursus, Een cursus in wonderen wordt genoemd.


De egodenkgeest is het resultaat van de keuze gemaakt door de onbewust gehouden keuze gemaakt door de keuzemakende denkgeest welke voor afscheiding kiest.
Er lijkt gekozen te worden voor een bepaald persoonlijk script, maar eigenlijk wordt er gekozen voor afscheiding en die keuze wordt geprojecteerd als een projectie (te vergelijken met een film) die eruit ziet en ervaren wordt als een persoonlijk verhaal of droom. Die ene keuze gemaakt door de onbewust gehouden keuzemakende ene denkgeest voor ‘kijken’ met het ego is altijd dezelfde keuze: die voor afscheiding van Eenheid, Waarheid, God, Liefde. Dat het  ervaren wordt als een persoonlijk leven door een persoon en dat x 6 miljard is een verder gevolg van de wil tot afscheiding die men in de projecties uitgebeeld ziet.

De oorzaak van de eerste stap tot afscheiding uit Eenheid, wordt uit de denkgeest gewist, en daardoor wordt de oorzaak van de tweede stap tot afscheiding (een geprojecteerd leven) ook gewist en vergeten.
Resultaat: één denkgeest die nu alleen nog maar kan denken in afscheiding en zichzelf als één persoon met een persoonlijk leven ziet te midden van anderen met een persoonlijk leven. Een en al afscheiding, dat moge duidelijk zijn, als je het wil zien dwars door de zonde, schuld en angst van de ontkenning, het gelijk willen hebben heen.
De weg naar het terug herinneren kan daarom alleen geschieden door het pad van ‘het vergeten’ terug te wandelen, waardoor het vergeten stap voor stap kan worden vergeven en terugkeer in herinneren het onvermijdelijke gevolg is.

Het is misschien wel ‘lekker’ het totale abstracte, Éénheid, Waarheid, Liefde, God, in beelden om te zetten en dat spiritueel te noemen en daardoor de afscheiding in te slepen en dan net doen of dat iets te maken heeft met ‘ontwaken, verlichting’, maar ondertussen is het gewoon weer een afleiding van de aan afscheiding lijdende (ego)denkgeest. Het wordt wel tijdelijk als even ‘lekker’ ervaren, maar het is niets anders is dan het tijdelijk ‘lekker’ voelen na het gebruik van drank, drugs, seks, eten of wat dan voor ‘lekkers’ dan ook.

Daarom legt ECIW zo de nadruk op het leren oordeel loos te kijken, en daardoor te herkennen, onderkennen en ervaren van wat de keuze voor afscheiding inhoudt, door elke egogedachte + projectie heel bewust te gaan herkennen. En dat kan alleen als werkelijk ervaren en gevoeld gaat worden wat een pijnlijke keuze, de keuze voor afscheiding eigenlijk is, en dat dat de oorzaak is van alle lijden en niet wat er in de wereld lijkt te gebeuren. Dan zal de onvermijdelijke keuze kunnen worden gemaakt; “nee, dit wil ik niet meer, er moet een andere manier zijn”. Niet door het ontkennen van een wereld, mijn leven, mijn lijden en pijn, en dat van anderen, maar er doorheen te gaan, aan de hand van ‘de andere keuze’, de keuze voor het pad van terug herinneren in Éénheid, Waarheid, God, Liefde, in ECIW voorgesteld als de symbolen Heilige Geest en Jezus, symbolen voor oordeel loos kijken.

En nee dat eerlijke oordeel loze kijken, is niet comfortabel en dat is vaak de reden waarom men liever niet wil kijken naar alle ego uitingen en projecties van de egodenkgeest en liever God, Waarheid, Eenheid, Liefde de wereld van de projecties in sleept. Niet om redenen die men denkt, namelijk om een prettiger gevoel te krijgen, maar om het ‘vergeten’ voort te zetten en het totale abstracte: God, Waarheid, Eenheid, Liefde, juist buiten de deur te houden, door er een eigen geprojecteerde, beeldende ego versie van te maken.
Ook deze strategie van de egodenkgeest onderkennen en herkennen is onderdeel van het proces van leren oordeel loos te kijken met als enig Doel: terug herinneren in Waarheid, Eenheid, Liefde, God.

Elke relatie aangegaan vanuit het geloof in ego, ook wel speciale relatie genoemd in ECIW heeft als enig doel afscheiding van Éénheid, Waarheid, God, Liefde.
Nu begint elke gedachte als ‘speciaal’, elke gedachte begint als ego gedachte, het ego zit dus in elke gedachte en spreekt altijd eerst.
Als dat als ‘behulpzaam’ uitgangspunt wordt genomen, dan hoeft de vraag ‘wanneer zit ik nu in mijn ego’ ook niet meer gesteld te worden.
Elke gedachte begint als ego gedachte, omdat elke gedachte ervaren wordt als komende vanuit het lichaam, vanuit het brein.
Zolang er nog lichaamsidentificatie is, wordt er niet aan getwijfeld dat de ‘ik’ een lichaam is, omringd door andere lichamen: mensen, dieren, dingen en situaties.
Alles wat de ogen van het lichaam zien en met de zintuigen wordt ervaren volgt de programmering van het geloof in het ego, dat het lichaam als zijn thuis ziet en tevens verbergt dat het de keuze van de denkgeest is die door verborgen te houden dat denkgeest de bron is en niet het lichaam/brein, zich denkt te kunnen verbergen voor de wraak van God, achter een muur van zonde, schuld en angst.
Het geloof in een wrakende God, omdat de denkgeest is gaan geloven dat het mogelijk is zich van Éénheid af te scheiden wat met zich meebrengt dat tevens het geloof in zonde, schuld en angst ontstaat, waardoor het mogelijk lijkt dat afscheiding van God wel mogelijk lijkt te zijn terwijl in werkelijkheid het onmogelijk is afgescheiden te raken van Éénheid.
Ik spreek in de tegenwoordige tijd, omdat deze wens tot afscheiding in elke gedachte weer wordt gewenst, het is niet één enkele gebeurtenis lang geleden gebeurt, oftewel het ego zit in elke gedachte en spreekt altijd eerst.
Dit hele ego-gedachte patroon lijkt enorm krachtig omdat erin geloofd wordt. Als het geloof erin weg zou zijn, zou het ego niet bestaan.
En omdat het ‘slechts’ een geloof is, is het slechts een gedachte (een nietig dwaas idee) en gedachten blijven gedachten, ook al lijken ze ‘gebeiteld te zijn in steen’.

De hele wereld, het universum kortom de wereld van de vorm is slechts een gedachte, waaruit dromen van afscheiding kunnen ontstaan, gebaseerd op het bijbehorende geloof in zonde, schuld en angst. Wat zeer effectieve bewakers van deze waanzinnige droom zijn.
Een gedachte, een droom die niets met Waarheid te maken heeft, dus in feite niets is en in werkelijkheid absoluut geen enkele invloed op Éénheid, God, Liefde kan hebben.

Elke speciale relatie, elke relatie die we maar kunnen verzinnen in deze zogenaamde wereld/universum, is gebaseerd op het geloof in zonde, schuld en angst. En ook al lijken die relaties heel innig te zijn, zowel positief of negatief, van lange of korte duur en lijken ze bedoeld om te verbinden of af te scheiden, ligt daarachter verborgen het krankzinnige ego doel, en dat is afscheiding van Éénheid, God, Liefde.
Iets wat onmogelijk is, maar toch door zijn hardnekkige geloof erin schijnbaar in staat tot verwezenlijking.
Het lijkt allemaal zeer overtuigend die speciale relaties, we kennen allemaal het gevoel van verbondenheid met onze naasten, ouders, kinderen, geliefde, familie, vrienden kennissen, huisdieren, dingen, situaties we kennen ook de verbroken verbondenheid in al z’n gradatie. Hoe de relatie ook is, ze is altijd terug te leiden tot het geloof in het denksysteem van het ego, dat geprogrammeerd is om afscheiding de schijn van waarheid te geven, want alles liever dan de Liefde van God.

Ook de liefde van God heeft in dit ego-programma een aangepaste rol gekregen. Er is een vervangende ego-god gemaakt die past in de programmering van afscheiding een god gemaakt naar het evenbeeld van het ego-geloof in afscheiding, in verdeeldheid, in zonde, schuld en angst.
Er lijkt nu een god te zijn die voorkeuren heeft, ten strijden trekt, verdeeldheid zaait, voor de vijand is of tegen de vijand is afhankelijk van wat gezien wordt als vijand, een god die scheidslijnen aanbrengt tussen goed en kwaad, kortom een god geheel gemaakt naar het evenbeeld van wat het ego is; een dualistisch denksysteem gebaseerd op het geloof in zonde, schuld en angst.

Dit lijkt nogmaals heel echt en heel heftig, maar onthoud dat het slechts één gedachte is die zich door het geloof erin vermeerdert en uitbreidt. Het is geen feit, het heeft niets met Waarheid, Éénheid, God, Liefde te maken, het is slechts een GELOOF.
Dat is het goede nieuws, want als het ego slechts een geloof is is ont-geloven mogelijk.
Er is niets verandert aan de non-dualistische Éénheid, aan God, aan Liefde, hoe sterk het geloof in het dualistische ego, met het daarbij behorende geloof in afscheiding ook is.

Als dat vermoeden van de onmogelijkheid van het bestaan van het ego naar boven komt, omdat gezien wordt dat niets werkt in deze ego-wereld, dan komt de herinnering aan dat wat wel Waarheid is naar boven drijven.
En dat is onvermijdelijk, want Éénheid kan nooit werkelijk tweeheid worden.

Moet dan vervolgens het ego vernietigd worden, bestreden, ontkend, genegeerd? Nee, want dat zou immers alleen maar het ego verhaal van afscheiding versterken.
En nu komt het unieke van de uitweg die ECIW aanbiedt: ECIW verteld ons dat de Werkelijkheid nooit verdwenen kan zijn, dat Éénheid nooit opgedeeld kan worden, dat God nooit naar het evenbeeld van het geloof in het ego her-schapen kan worden en dat de verbinding met non-dualistische Éénheid nooit verbroken kan worden.
ECIW staat eigenlijk symbool voor het onvermijdelijke terug-herinneren in waar nooit uit weggegaan is. ECIW activeert de waarnemende functie van de denkgeest die tot dan toe verborgen bleef achter de met opzet bedachte muur van vergetelheid. Deze waarnemende verbindende functie wordt in ECIW de Heilige Geest of Jezus genoemd, beiden symbolen voor oordeelloosheid.
ECIW leert de denkgeest die eraan toe is, er open voorstaat en breidwillig is dat er in werkelijkheid niets gebeurt is, dan alleen in dromen van het geloof in afscheiding.
Er wordt niets afgepakt, er is geen opoffering nodig, integendeel. Mits aan Heilige Geest/Jezus gegeven wordt elke gedachte voortkomend uit het geloof in zonde, schuld en angst opnieuw gebruikt, maar nu met het doel door ware vergeving ervan terug te herinneren in waar nooit uit is weggegaan: non-dualistische Éénheid, God, Liefde.
Elke oordeel loze waargenomen speciale ego relatie in eerste instantie opgezet door het geloof in afscheiding en geprojecteerd vanuit het geloof in zonde, schuld en angst zal door Ware vergeving omgekeerd worden (het Wonder genoemd) naar de Heilige relatie.
Een relatie die absoluut geen speciale kenmerken heeft. De Heilige relatie omvat alles en iedereen.
De Heilige relatie is niet de relatie die zich kenmerkt door afscheiding bijvoorbeeld door sommige relaties heilig te maken en andere nog even niet. En ook niet door sommige relaties te omarmen en andere af te stoten zoals we gewend zijn zolang we in het programma van het ego willen blijven geloven.
De Heilige relatie omvat alles zonder uitzondering.

Één voorheen speciale relatie Heilig gemaakt olv Heilige Geest/Jezus laat alle speciale grenzen verdwijnen, want er is maar één nietig dwaas idee dat genezen hoeft te worden.
In de praktijk lijkt het alsof we heel veel speciale relaties moeten leren vergeven, maar dat komt omdat het een zeer geleidelijk en schijnbaar persoonlijk proces is van leren elke speciale situatie als hetzelfde te zien en eigenlijk steeds hetzelfde te vergeven.
ECIW ontmoet ons waar we geloven te zijn en her-gebruikt dat voorheen ego-geloof voor het leren van Ware Vergeving olv HG/J, oftewel olv. de Juist-gerichte-denkgeest.
Totdat geleerd is dat elke speciale relatie eigenlijk hetzelfde is, en de sleutel is tot het terug-herinneren in Éénheid, God, zal ware vergeving olv HG/J steeds sneller gaan tot het klaar is.
Dat is de betekenis van:

“Maak dit jaar anders door helemaal hetzelfde te maken. En laat al je relaties voor jou heilig worden gemaakt. Dit is onze wil. Amen” (T15.XI.10:11-14).

Één (schijnbaar) probleem, één oplossing.









Elke projectie beeld een ego gedachte uit, want “De wereld die jij ziet is wat jij haar gegeven hebt, niets meer. (…) ze getuigt van de staat van jouw denkgeest, de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand” (T21.In.1:2,5).
Dat is de functie van alles en iedereen die “ik” een schijnbaar lichaam door schijnbare ogen denk en geloof te zien.
Ondertussen is het de denkgeest “mijn” denkgeest een schijnbaar afgescheiden fragment binnen de ene ego denkgeest, die zijn projecties van zonde, schuld en angst “ziet” uitgebeeld in een hologram bestaande uit beelden, die als enig doel hebben het doel van de egodenkgest, namelijk zonde schuld en angst projecteren teneinde afgescheiden te raken en te blijven van God te verbergen.

Ik dacht dit toen ik zo zat te denken over al die mensen en dingen en situaties om me heen waarvan ik de een wel leuk vind of aardig vind en de ander niet leuk vind en helemaal niet aardig. Het hele scale van houden van tot en met bittere haat en alle nuances die daar tussen zitten zie ik om mij heen in mijn levensscript uitgebeeld.
En dat valt dan allemaal onder “de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand”. Niet de wereld, mensen, dingen en situaties (projecties) zijn verantwoordelijk voor hoe mijn innerlijke toestand is, ze getuigen alleen van mijn (ego) keuze voor zonde, schuld en angst, met als enig doel afgescheiden te blijven van God, Liefde, Éenheid. En dien ten gevolgen moeten mijn projecties wel getuigen van alle vormen van zonde, schuld en angst, en spelen alle figuren in mijn leven (inclusief het figuurtje Annelies natuurlijk) het script van zonde, schuld en angst uit. Zodoende ervaar ik in mijn denkgeest (niet te verwarren met het brein) de pijn en het lijden, niet veroorzaakt door andere lichamen die ik wel of niet aardig vind, die mij wel of niet aanvallen, belagen of behagen, maar louter en alleen door mijn keuze op denkgeest niveau voor zonde, schuld en angst.

Zodra ik dit (wil) zien (want de weerstand tegen dit zien is groot, omdat het niet ‘mag’ worden gezien), en daardoor olv HG/J bereid ben te kijken valt dit hele illusoire zelf bedachte egodenksysteem door de mand.
Ik kan steeds duidelijker zien dat al die lastige, vervelende, bloed onder mn nagels halende, schattige, vriendelijke, hatelijke dealtjes sluitende speciale figuren (inclusief het figuurtje Annelies), dingen en situaties niet de functie hebben om mij te pesten, een hak te zetten, te bedriegen, te paaien maar een heel andere functie kunnen krijgen olv de HG/J keuze van mijn denkgeest.
Ze zijn (inclusief het figuurtje Annelies) ineens de oplossing geworden, de sleutel om de met opzet dichtgeslagen en dicht getimmerde door zonde, schuld en angst gebarricadeerde deur te doen laten oplossen in het niets…
Kortom door eerst terug te gaan naar de bron, de denkgeest, kan elke gedachte worden gezien als de “uiterlijke weergave van een innerlijke toestand” en is nu van een afscheidingsgedachte verandert in een vergevingsgedachte en een vergevingskans tot het terug herinneren in Éenheid, God, Liefde.
Als natuurlijk gevolg daarvan leer ik geen enkele schijnbare aanval van “buitenaf” meer persoonlijk te nemen, maar nog wel “persoonlijk” in de zin van dat het niets anders zijn dan “de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand”, de innerlijke toestand van mijn denkgeest die voor ego of voor HG/J kan kiezen, de enige keuze die mogelijk is. Alle andere vormgerichte keuzes die ik schijnbaar denk en geloof te maken binnen het schijnbaar persoonlijke script zijn zonder uitzondering verborgen gehouden ego gedachtes.

Deze uitspraak bracht mij tot de gedachte:
Als “mijn” lichaam pijn heeft en “ik” ben er niet om het te ervaren, heeft “mijn” lichaam dan pijn?
Dat kwam, omdat ik ineens wel pijn ervoer in “mijn” lichaam. En toen de gedachte opkwam, als ik niet mijn lichaam ben en ik voel wel pijn, wat is het dan wat pijn lijdt?
Als ik van het standpunt uit ga zoals ECIW stelt “Er is geen wereld” en “De wereld getuigt van de staat van jouw denkgeest, de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand”,, en “projectie maakt waarneming”, en “Waarneming is een gevolg, geen oorzaak” dan is er geen lichaam dat pijn heeft, maar denkgeest die pijn projecteert en dientengevolgen pijn ervaart.

Er kan dan dus NOOIT een lichaam zijn dat pijn ervaart.
Is dat dan pijn ontkennen? Neen, het is willen zien waar de oorzaak zich bevindt, in de denkgeest en dat het lichaam dat pijn lijkt te ervaren daar een projectie van is. Een projectie, zoals een film een projectie is uit een projector en de film die we dan denken en geloven te zien nog steeds een projectie is, want gedachtes verlaten niet hun bron. Er bestaat dus geen los autonoom lichaam los van van de gedachte/projectie van het geloof in een lichaam.

Dit inzicht geeft het doel van ECIW weer, namelijk leren herinneren dat er alleen denkgeest is, dat “ik”, “we”, hoe dan ook altijd een projectie zijn vanuit denkgeest.

Als ik deze gedachte “logisch” doortrek, dan moet het alleen de denkgeest zijn die geloofd in pijn en daardoor pijn projecteert dat genezen moet worden.
Wordt er dan als de denkgeest geen pijn projecteert ook geen pijn meer ervaren?
Inderdaad dan kan er geen pijn meer worden ervaren. De valkuil die dan onmiddelijk verschijnt vanuit egodenkgeest is, oh dus dan kan ik mijn lichaam trainen in het ontkennen van pijn.
Neen, dat is een valkuil waarbij het lichaam toch tot werkelijkheid wordt gemaakt en door een of andere magische gedachte kan leren geen pijn meer te voelen.
Dat kan wel in de droom van afscheiding waarin het lichaam wel lijkt autonoom te zijn, los van de projecterende gedachte, maar dat is niet waar ECIW op doelt.
En doe op dat level waar het geloof in een lichaam en een wereld nog aanwezig is wat er gedaan kan worden om pijn te verlichten, maar tegelijkertijd kan er het groeiende besef zijn dat ik geen pijn heb om de reden die ik denk (les 5).
Het wel of niet toepassen van pijnverlichting in welke vorm dan ook is ook een besluit genomen in de denkgeest, er is geen andere plek waar beslissingen worden genomen. Het lichaam maakt nooit beslissingen! En dat besluit kan alleen genomen worden door de keuze voor ego of voor HG. De uitkomst van beide keuzes kan wel of niet kiezen voor een bepaalde vorm van pijnverlichting zijn. Het verschil is echter dat de keuze voor luisteren naar het advies van het ego altijd lichaamsgericht is, dus de pijn van het lichaam waar maakt, terwijl de keuze voor luisteren naar het advies van HG denkgeest gericht is op de oorzaak, namelijk de keuze voor lichaamsgerichtheid van het ego. Dus het nemen van pijnverlichting in welke vorm dan ook is altijd een projectie van of ego (onjuist gericht denken) of HG (juist gericht denken). Het ziet er hetzelfde uit (in het script) maar het uitgangspunt, de bron het geloof in waar de pijn vandaan komt en de ervaring is totaal tegengesteld.
Het gaat dus niet om ontkenning, maar herkenning en erkenning van dat dat wat ik ervaar niet is wat het lijkt. En dat niet het lichaam, maar de denkgeest de oorzaak is en het lichaam een projectie is vanuit het besluit van de denkgeest die wil lijden, omdat dat de enige manier is om de illusie te wekken dat afgescheiden zijn van God, van Liefde een mogelijkheid is.

Op die manier, als de denkgeest eraan toe is en bereid is dit te leren herinneren, zal de functie van in dit geval pijn, maar het geldt voor alles wat ervaren wordt, een andere functie kunnen krijgen.
De functie van terugherinneren in God, in Liefde in plaats van afscheiding van God, en Liefde.

Elke ervaring of dat nu pijn is of wat voor ervaring dan ook wordt dan in plaats van een aanval (de keuze voor ego) een uitnodiging om het “anders” te willen zien en ECIW gebruikt daarvoor Ware Vergeving, welke alles in het Juist gerichte perspectief zet en alle ervaringen terug brengen naar de bron, de denkgeest waar de gedachte vergeven kan worden in de oordeelloze bron die ECIW Heilige Geest noemt.

Pijn en lijden is een keuze die gemaakt wordt in de denkgeest en niet in een lichaam.
En dat wat ik geloof te zijn zal daarvan getuigen. Geloof ik dat ik een lichaam ben, dan zal ik alles waarvan ik geloof dat een lichaam is en kan ook ervaren, pijn en vreugde.
Verschuift mijn geloof van het geloof in een lichaam naar het geloof denkgeest te zijn dan ben ik terug bij de bron waar de beslissing wordt gemaakt (door de waarnemende/keuzemakende denkgeest) voor afscheiding (ego) of voor het terug herinneren (HG/J) in Geest, God, Liefde Éenheid.

Ik hoef daarbij niet zelf mijn projectie te veranderen alsof het een opzichzelf staand “ding” is, vergelijkbaar met dat als ik in de bioscoop zit ook niet naar het scherm loop om daar de projectie die pijn lijkt te hebben ga helpen, nee ik loop dan naar de projector, de oorzaak en maak daar opnieuw de enige twee keuzes die gemaakt kunnen worden: ego of HG/J, oftewel voor angst of voor Liefde en de rest zal automatisch volgen zonder dat “ik” hoef te bepalen wat de uitkomst zou moeten zijn .
Want de beslissing voor HG/J, dus voor Liefde zal altijd liefdevol uitpakken, hoe het er in de vorm ook uit mag zien.

Het is ook nog zo dat ik nooit vanuit de keuze voor ego (afscheiding) ook maar enigzins kan overzien wat de juiste oplossing zou moeten zijn om het lijden wat ik denk te geloven en te zien op te lossen. Dan zou ik elke gedachte van iedereen door tijd en ruimte moeten kunnen overzien om te kunnen bepalen wat nou de oorzaak is van mijn pijn en lijden nu. Dat is onmogelijk.
Soms is er wel een direkt verband te zien zoals ik dat in mijn voorbeeld aan het begin beschreef, dat ik even een direkt verband zag tussen oorzaak en gevolg in de denkgeest en dat ook ervoer.
Maar als ik probeer door te analyseren in de vorm welke gedachte nou precies de oorzaak is achter mijn pijn, dan is dat onmogelijk, nogmaals omdat de eigenschap van de egodenkgeest totale chaos is en analyseren van die totale chaos juist is opgezet als uitnodiging om daar te gaan zoeken waar geen enkel bevredigend antwoord te vinden is: “Zoek en vindt niet” (T12.IV.1:3-5).

Het enige behulpzame hierbij is door het ervaren van chaos te leren zien en te ervaren dat in plaats van in de chaos van het ego te springen en daar naar een oplossing te zoeken, er ook de keuze is om terug te gaan naar éénvoud en leren dat er altijd maar twee keuze mogelijkheden zijn namelijk voor ego (afscheiding) of voor HG/J (terug herinneren in Één). En slechts één van deze twee keuzes vertegenwoordigt Waarheid.

Dus het antwoord op mijn vraag aan het begin van deze tekst: Was de pijn er toen ook, of is de pijn er alleen als ik het ervaar? is, ja er is alleen een idee van pijn als ik het ervaar.
Met andere woorden er kan op het filmscherm door de projectie ogenschijnlijk pijn geleden worden, maar dat wat het projecteert en waarneemt hoeft er niet onder te lijden, afhankelijk van de denkgeest (ego of HG) waarvoor gekozen en mee geïdentificeerd wordt.
Wordt er voor ego focus gekozen dan zal er een lichaam ervaren worden dat pijn lijdt, zal er voor HG/J denkgeest gekozen worden dan zal er gezien worden dat niet de projectie wat er uiziet als een pijnlijdend lichaam lijdt, maar de denkgeest die heeft gekozen voor het projecteren van pijn en lijden en nu geloofd dat er een lichaam is dat pijn heeft.
Alleen de denkgeest kan pijn lijden en de pijn die ervaren wordt is altijd “de uiterlijke weergave van een innerlijke toestand” (T21.In.1:5).
Het is dus altijd de denkgeest die genezing behoeft, nooit het lichaam.