archiveren

Maandelijks archief: april 2022

Het is behulpzaam om tijdens het lezen in herinnering te houden dat er alleen maar één is.
Dus zodra het verhaal over twee (dualisme) gaat laat dat dan een reminder zijn voor terug te gaan naar één, naar de ene bron, de ene denkgeest die waarneemt.
Als er uit wordt gegaan van één dan klopt het meteen al niet als gedacht wordt dat er een ‘ik’ Annelies is die hier zit te schrijven met als doel andere buiten dat ‘ikje’ Annelies te vertellen, of te leren hoe het allemaal zit in een wereld vol met mensen, dieren, dingen en situaties. Mensen, dingen, situaties duiden duidelijk op meer dan één, dus kan het verhaal vanuit twee (dualiteit) nooit kloppen.

Éénheid kan nooit iets anders worden dan één, één = één = één = één…
Dus wat gezien wordt als normaal, namelijk het zien en ervaren van velen kan niet kloppen.
Het is of er is alleen één of er is veel (dualiteit).
De denkgeest kan heel lang volhouden dat het zich heeft afgescheiden van Één (God), maar daar zit een limiet aan of zoals ECIW stelt:

“Je kunt tijd rekken en je bent tot immens uitstel in staat, maar je kunt niet totaal afdwalen van je Schepper, die een grens stelt aan je vermogen tot miscreëren. 4Een geketende wil laat een situatie ontstaan die in het uiterste geval volslagen onverdraaglijk wordt. 5Je mag dan veel pijn kunnen verdragen, maar daaraan is een grens” (T2.III.3:3).

In de werkelijkheid houdt het geloof in twee het niet eens een seconde vol, omdat twee niet mogelijk is binnen Één. Dus het moment dat het gedacht werd/wordt is het meteen ook weer voorbij.
In die zin is het ook te vergelijken met een film, waarbij schijnbaar losse beeldjes heel snel achter elkaar worden afgedraaid, zodat het lijkt dat het een doorgaand geheel is, terwijl het losse flitsen van aan – uit, aan – uit zijn.
En dat wat nooit gebeurt kan zijn hoeft ook niet gestopt te worden…
Maar, er is een geloof in een nietig dwaas idee dat het nietig dwaas idee werkelijk lijkt te maken. Maar dat verandert niets aan het feit dat het een onmogelijk idee is.
Dat besef moet op een gegeven moment weer doordringen tot de bron, waar het nietig dwaas idee koortsachtig probeer onwaarheid tot waarheid te maken.
Het nietig dwaas idee moet een keer ontwaken uit de nachtmerrie die geen enkel waarheidsgehalte heeft.

Het is slechts een kwestie van tijd tot iedereen de Verzoening heeft aanvaard” (T2.III.3:1).

Verzoening is dus onvermijdelijk, OMDAT de afscheiding van Één naar twee nooit werkelijk heeft plaatsgevonden.
De aantrekkingskracht van de natuurlijke staat Één is zo oneindig krachtig dat deze natuurlijke kracht ook nog steeds aanwezig is in de droom van het nietig dwaas idee.
Als de herinnering krachtig genoeg is verandert de droom meer en meer in een lucide droom een herinneringsdroom waarin de beelden die voorheen gemaakt werden om in de diepe slaap van het nietig dwaas idee te blijven geloven, omgekeerd worden en her/gebruikt als reminders voor terugherinneren in Één.
Elke keer dat het onmogelijke twee dan weer opduikt in de denkgeest is er het gevoel, wacht dit klopt niet. En dat gevoel wordt steeds sterker, omdat het onvermijdelijk is en dat gevoel niet langer nog genegeerd kan worden. De afscheidingsdroom van het nietig dwaas idee wordt een herinneringsdroom en alle droombeelden gaan daarvan getuigen.
De investering in het nietig dwaas idee wordt steeds minder, de dwaze ideeen van afscheiding worden nog wel gezien en ervaren in hun geprojecteerde vormen, maar hebben hun aantrekkingskracht verloren en krijgen een andere functie in handen van de herinnering aan Één: heilige Geest/Jezus, of juist/gerichte denkgeest.

Het herkennen van de stem van Éénheid, en het toegeven aan het natuurlijke verlangen het weer te willen herinneren is onvermijdelijk voor elk nietig dwaas idee, want ook het nietig dwaas idee (ego) is maar één nietig dwaas idee, ook al lijken er velen (dualiteit, afscheiding) te zijn.
Een cursus in wonderen is dus eigenlijk niets meer of minder dan het naar boven komen van de onvermijdelijke herinnering in de ene denkgeest die zijn limiet aan het volharden in pijn en lijden heeft bereikt en in staat is nu vanuit de Herinnering aan Eén waar te nemen dat er geen afscheiding van Één kán bestaan en dat ook niet meer wil.
En er zijn naast ECIW natuurlijk meer herinnerings-mogelijkheden die terug leiden naar Één, omdat alle onmogelijke dwaalwegen uiteindelijk weer onvermijdelijk moeten terugherinneren in Één.

Hieruit volgt dat ingezien wordt dat de oplossing voor alle pijn en lijden niet in de projecties ligt, maar in de projecterende denkgeest. Alleen daar kan werkelijk behulpzaamheid ontstaan en vanuit die bron kan de Verzoening zich uitbreiden door de hele ene denkgeest heen.
En ook al lijkt het zo te zijn dat lichamen dit kunnen ervaren en voelen, dat is niet zo, want gedachtes/ideeen verlaten niet hun bron de denkgeest, de denkgeest ervaart, en breidt uit niet het lichaam ook al lijkt dat zo te zijn.
Dus ook al kan het lijken dat iemand buiten mij, een leraar, een boek, een workshop enz. mij onderwijst op het pad van terugherinneren in Één, dat is niet zo, het is de denkgeest die zijn verlangen terug ziet in zijn projecties en deze als hulpmiddel gebruikt wetende dat de hulp niet van buiten de denkgeest komt maar vanuit de denkgeest die zich aan het herinneren is dat er alleen maar Één mogelijk is.



illusje

Van wegen Pinksteren, het feestje van de Heilige Geest plaats ik hieronder de volledige tekst uit het Handboek voor leraren, Verklaring van termen, 6. De Heilige Geest, uit Een cursus in wonderen, over wat de Cursus verstaat onder De Heilige Geest.
Een voorbeeld van het gebruik van “bekende” christelijke termen welke door de Cursus volledig worden omgedraaid en opnieuw worden gebruikt.
Veel studenten van ECIW komen veel weerstand in zichzelf tegen door het gebruik van deze bekende christelijke termen. Maar bedenk dat ECIW ook stelt dat we nooit onvrede voelen om de reden die we denken (les 5). De enige reden dat we onvrede voelen is altijd dat onze keuze voor het egodenken deze projecties van onvrede gebruikt om afgescheiden te blijven van Eénheid, Liefde, God, of hoe je de non-dualistische staat van de Geest ook wil noemen.
ECIW gebruikt alles wat het ego gebruikt om afgescheiden te blijven…

View original post 842 woorden meer

illusje

Waar gaat Een cursus in wonderen over.
En welke student van ECIW heeft niet al eens wanhopig uitgeroepen: ‘waar gáát dit over!!’.
Nou, eigenlijk is de hele Cursus terug te brengen tot één woord en dat is ‘Vergeving’.
Met een hoofdletter om het onderscheid te maken tussen ego vergeving zoals wij dat beoefenen in de wereld, en Ware Vergeving.
Ik laat de Cursus nu zelf even aan het woord over wat ‘Vergeving’ precies inhoud speciaal voor diegene die het vergeten zijn, niet het boek zelf hebben, geen zin hebben het op te zoeken, het boek kwijt zijn, het weggegooid hebben, verbrand of door de wc gespoeld, of weggegeven, dit is wat ECIW onder Vergeving verstaat:

‘1. Wat is vergeving?

1. Vergeving ziet in dat wat jij dacht dat je broeder jou heeft aangedaan, niet heeft plaatsgevonden. 2Wat ze niet doet is: zonden kwijtschelden en ze werkelijk maken. 3Ze ziet dat…

View original post 1.281 woorden meer

Als theorie en praktijk samenkomen: als ik alles terugbreng naar één, want er is alleen maar één, dan wordt alles letterlijk éénvoudig. Zoals de les die ik vandaag lees/doe, les 105: de kop: Gods vrede en vreugde behoren mij toe, en even verderop: ‘Mijn broeder, vrede en vreugde bied ik jou aan, opdat Gods vrede en vreugde de mijne mogen zijn.’

Dat is tweeheid in handen geven van HG/J en tweeheid vergeven, zodat een geprojecteerde ‘jij’ en ‘ik’ terug herinnerd worden als één in één denkgeest. Dat is terugkeren in waar nooit uit weggegaan is. Tweeheid wordt zodoende enkel en alleen nog een reminder om tweeheid (dus verschillen zien, conflicten, speciaalheid, schuldige zien enz.) te (ver)geven aan HG/J, zodat alleen éénheid overblijft. Zodra ik dat hele zogenaamde met opzet bedachte complexe verwarrende dualistische denksysteem van ego doorzie (en dat is een kwestie van veel oefenen en volhouden) dan is het idee van ‘geven en ontvangen zijn hetzelfde’ heel éénvoudig en volstrekt logisch.

Dit is geen onmogelijk haalbare leergang, want de uitkomst staat vast het is allemaal al gebeurt en de uitkomst is al aanvaard…

Nog dieper drong het door: als ik me schuldig voel (en die keuze optie komt langs in elke gedachte die er is) is dat niet vanwegen iets wat er buiten ‘mij’, de denkgeest gebeurt, maar omdat daarachter verborgen de angst schuil gaat aan het weer terugherinneren dat er geen ‘ik’ is, en ook geen ‘denkgeest ik’, maar een volledig één zijn in God. En zelfs deze woorden dekken de lading niet, want dat kunnen ze niet, en geeft meteen de zelf bedachte enorme schijn verdedigingsmuur van angst aan, angst voor een niet bestaande angst en juist dat jaagt nog meer niet bestaande angst aan. Dit dringt nog dieper door, omdat er zojuist weer schuld langskwam, maar dan ook niet meer dan langskomen, ik zie het en dat is het. Angst zien jaagt angst aan totdat ik zie dat dat het ego mechanisme is, en hoe dat werkt, volledig automatisch, een reflex die niets betekent en alleen nog maar een reminder hoeft te zijn voor jawel weer voor ware vergeving = 1 probleem 1 oplossing voor een niet bestaand probleem…

illusje

Hardop denken, een op z’n zachts gezegd verrassend inzicht…

Wij hebben van god een serial killer gemaakt.
Huh, hoe dan?
Dat wat verborgen moet blijven, het ultieme geheim van de egodenkgeest, is het onder ogen zien van het waarom van de angst voor de dood en hoe zich dat uit-projecteert.
En als ik daar naar kijk, olv de blik van “niet angst”, symbolisch voorgesteld als olv Jesus en of de Heilige Geest, omdat de denkgeest daar kennelijk aan toe is, “zie” ik de onthulling van de volgende tot dan toe zorgvuldig door de keuze voor het geloven in de verborgen gedachtes van de egodenkgeest:

We (de keuzemakende denkgeest die kiest voor egodenken) zien de dood als de ultieme onvermijdelijke wraak van god die ons uiteindelijk toch wel weet te vinden en te pakken krijgt, ook al zijn we ons hele leven bezig de dood te ontlopen, alsof we ons kunnen…

View original post 1.172 woorden meer

Ja, ECIW werkelijk doen houdt in dat ik oordeelloos, dus olv Juist gerichtheid oftewel Heilige Geest leer kijken naar al mijn voorbijkomende egogedachten.
Waarom is dat zo belangrijk en zelfs onvermijdelijk?
Dat is zo belangrijk omdat ik door al mijn egogedachtes te leren herkennen en erkennen mijn vergevingsmateriaal en kansen leer te herkennen en erkennen.
Zonder dat herkennen en erkennen van egogedachtes is het niet mogelijk Ware Vergeving toe te passen.

Toen de Cursus op mijn pad kwam werd ik meteen gegrepen door wat het zei.
Uitspraken als “Er is geen wereld” (wdI.132.6:2), “De wereld is een illusie” (WdI.155.2:1), waren voor mij pure ‘missing link’ gedachtes, waar ik heel blij en opgewonden van werd.
Het gaf meteen antwoord op mijn vraag “hoe kan een god nou zo’n wereld hebben geschapen”, “welke vader zou z’n kinderen in zo’n wereld onderbrengen, en dan ook nog zijn enige zoon opofferen”, en als Jezus zijn enige zoon is wie zijn wij dan?”.
ECIW gaf mij het antwoord.
En dan begint de lange, lange reis van leren en ontleren.
Eerst waren er “de witte broods weken”, waarin alles wat ik las geweldig leek, een roze wolk gevoel.
Elk woord viel in goede aarde.
En ja ik las ook over de weerstand van het ego tegen deze prachtige openbaringen, maar dat drong niet echt door in z’n volle omvang en betekenis.
Ik nam het begrip Ware Vergeving tot me en begreep het, maar was er nog niet aan toe de volle omvang van het begrip Ware Vergeving toe te laten.
Maar ik had mijn conmitment gedaan dat alles wat ik las in de Cursus vanuit Waarheid kwam en dat ik bereid was te leren olv Jezus.

Achteraf zie ik duidelijk dat als de bereidwilligheid er is, er alleen dat geleerd zal worden waar de denkgeest aan toe is. M’n best doen om meer te doen werkt niet, (Vecht niet tegen jezelf (T30.I.1:7) de denkgeest kan alleen dat leren waar het aan toe is.
Dat verklaart ook het fenomeen dat bij elke ronde van het opnieuw lezen van de Tekst en doen van het Werkboek nieuwe tot dan toe verborgen lagen in de denkgeest aan de orde komen. Lagen die er dan aan toe zijn onder ogen gezien te worden en te dienen als vergevingsmateriaal.
En op die manier door samen met HG/J naar al die verborgen gedachtes te leren kijken, kwamen ook mijn weerstandgedachtes steeds meer naar bovendrijven. Oftewel het verborgen verdedigingsysteem van het ego was aan het verzwakken, en ging gaten vertonen waardoor een vermoede van het daarachter verborgen IETS te voorschijn kwam.
Heel langzaam begon de ware betekenis van bijvoorbeeld “Er is geen wereld” en “De wereld is een illusie” tot me door te dringen. Als er geen wereld is, uh, wat ben ik dan, en als de wereld een illusie is, dan ben ik dat ook…! Oké…
En daardoor werd ook pijnlijk duidelijk dat de keuze voor onder leiding staan van ego niet zomaar losgelaten kon worden. Wel theoretisch, maar nog niet als ervaring.
Maar ik begreep ook dat het een proces is, en dat er niets mis mee is het eerst theoretisch te willen snappen, dat is een prima start, maar dat het vervolgens wel door de ervaring van de weerstand van het ego heen moet.
En dat het daarbij dus onvermijdelijk essentieel is te kijken naar al die tot dan toe verborgen ego weerstandsgedachtes onder leiding van HG/J oftewel onder leiding van de Juist gerichte kant van de denkgeest.
En dat het belangrijk is de weerstand van de onjuist gerichte denkgeest (ego) niet te onderschatten of te bagatelliseren. Of de andere kant op van het ego iets maken wat het niet is, zoals het essentieel maken om in deze wereld te kunnen leven.
Onder leiding van HG/J heeft het ego en al zijn projecties enkel en alleen de functie van ware vergeving.
Denk aan les 62: “Vergeving is mijn functie” t/m les 66 die over mijn ware functie gaan.

Alleen olv HG/J is het mogelijk om eerlijk naar al mijn egogedachtes te kijken. Doe ik dat niet dan staat de denkgeest automatisch olv ego en wordt de angst te groot en schiet ik in de ontkenning en allerlei andere weerstandsgedachtes.
Dat is niet erg, want zodra ik dat zie en ervaar, dan kan ik altijd weer opnieuw kiezen, nu voor leiding van HG/J.
Vandaar dat ik aan mijn gevoelens/emoties van angst in al zijn duizenden variaties kan herkennen dat ik voor ego heb gekozen, daardoor krijgen al die gevoelens/emoties een totaal andere functie. Een functie van ego (afscheiding van God) naar HG/J functie terugherinneren in God dmv het vergeven van al mijn egogedachtes.

En dit is een proces, meestal een lang proces. Een Cursus in wonderen heet niet voor niets ‘een cursus’.
Net als wat wij in de wereld onder een cursus verstaan is het een leerproces een stap voor stap proces, waarbij alleen de leraar het hele leerplan overziet, en de leerling zich daar aan moet overgeven in het volste vertrouwen dat zijn leraar weet wat ie doet en weet wat het beste werkt voor de leerling.
En ook op dat niveau ervaren we weerstand tegen het proces, tegen de leraar en tegen onszelf als leerling. Diezelfde weerstand ervaren we ook als we deze Cursus doen; deze cursus is te moeilijk, te ingewikkeld taalgebruik, ik snap het niet, geen zin, geen tijd, oeps vergeten, boos worden enz. enz.
Allemaal herkenbaar neem ik aan, kwestie van eerlijk kijken.

En nogmaals dat is normaal, niet fout, of verwerpelijk het is juist essentieel deze onvermijdelijke weerstand te herkennen en te onderkennen, maar nu olv HG/J (inplaats van olv ego) waardoor de weerstand een zeer nuttige functie krijgt namelijk als reminder om te vergeven en meer niet. Ware vergeving is de sleutel die ECIW ons aanbiedt als middel om terug te herinneren in God.

Voor mij was het een regelrechte openbaring toen ik me realiseerde dat wat ik “mijn leven” noemde niet een vreselijke nachtmerrie was waarin ik de foute hoofdpersoon speelde met allemaal foute medespelers om me heen, een leven wat geregeerd werd door zonde, schuld en angst, en geen idee waar dit alles voor diende, maar het perfecte vergevingsscript is als het onder leiding gezet wordt van HG/J.
Vanaf dat moment durfde ik ook meer en meer eerlijk te kijken naar al die ego-weerstandsgedachtes.

In die tijd had ik een heel beeldende glasheldere droom die deze openbaring prachtig uitbeeldt zie:
https://illusje.wordpress.com/2016/05/12/een-sleuteldroom/

En besef ik nu ten volle dat elke gedachte deze omdenk kans in zich draagt.
Het ego spreekt altijd nog eerst, maar als ik de gedachte aan HG/J overdraag verzwakt die stem en verdwijnt naar de achtergrond en komt de natuurlijk stem van HG tevoorschijn, omdat deze simpelweg niet meer geblokkeerd wordt.
Als ik me niet meer identificeer met mijn keuze voor het luisteren naar ego, het niet meer voedt, en vergeef verzwakt de egostem vanzelf, totdat het al zijn kracht verliest en de verslaving eraan verdwijnt en dien ten gevolgen alleen de stem van HG overblijft.






Wees waakzaam op je eigen gedachten was vooral de boodschap die naar voren kwam in de Academy Class.
Deze waakzaamheid is nodig omdat wij een blinde vlek hebben voor het observeren van onze eigen gedachtepatronen.
En die blinde vlek is de egodenkgeest. Het is de egodenkgeest er erg aan gelegen verborgen te houden dat dát wat we zijn denkgeest is en niet het lichaam of enige andere vorm waarmee wij ons identificeren.
We zijn doodsbang voor onze eigen denkgeest en houden die zorgvuldig verborgen achter de miljarden projecties die nu een veilige verdedigingsmuur vormen tegen de kracht van de denkgeest.
De verdedigingsmuur wordt nu dat wat we zijn en het feit dat we denkgeest zijn is nu uit het geheugen gewist, maar niet geheel verdwenen, want dat wat de waarheid vertegenwoordigt kan niet gewist worden, wel tijdelijk vergeten.
Waarom we zo bang zijn voor onze eigen werkelijkheid, de denkgeest?
Omdat het herontdekken ervan ons onze hele wereld kost. Alles wat waar leek, de hele wereld, al onze projecties, onze identiteit valt dan door de mand. We zijn niet een lichaam, maar denkgeest. Dat is voor de denkgeest die zich volledig heeft geïdentificeerd met een lichaam en alle andere vormen een zeer angstige gedachte en deze angstige gedachte houdt tevens de verdedigingsmuur tegen de gedachte denkgeest te zijn overeind.
Hieruit volgt ook dat we onze angstige gedachtes koesteren en voortdurend uitbreiden, want zolang ik enige vorm van angst voel en vermenigvuldig versterk ik mijn verdedigingsmuur en blijft de herinnering dat ik denkgeest ben en niet een lichaam netjes verborgen achter het schild van angst.
We willen ons vreselijk voelen, want dat voedt het ego, waardoor het overeind blijft.
Ook bijvoorbeeld kwaadheid is een verdedigingsschild van de egodenkgeest en dus een bescherming van de egodenkgeest.
We denken dat we kwaad zijn vanwege een externe aanval, maar eigenlijk zijn we bang om de bron de denkgeest erachter terug te herinneren en te ontdekken dat we zelf verantwoordelijk zijn voor deze geprojecteerde gedachte.
De waarde van het lichaam is zonde, schuld en angst uit te kunnen spelen, het lichaam is waardevol omdat het kan lijden.
Aldus het waanzinnige denksysteem van de egodenkgeest dat enkel en alleen tot doel heeft te vergeten dat we denkgeest zijn. We zijn niet onze projecties, onze projecties inclusief het lichaam zijn neutraal, we zijn de denkgeest die kan projecteren en die projecties gebruikt om te doen laten vergeten dat we denkgeest zijn.
En het doel van het script wat we kozen is niet de keuze voor een of andere gewenste vorm, maar slechts de keuze voor afgescheiden te willen zijn van onze bron, de denkgeest. En de reflectie hiervan zien we dan terug in wat we ons leven noemen.

Als we dit gedachte patroon echter doorzien door middel van het observeren van onze eigen gedachtepatronen, vallen er gaten in die verdedigingsmuur. We ervaren dan nog steeds weerstand, weerstand die we ervaren in een of andere vorm, maar we leren dan ook dat die weerstand niet vanuit enige externe vorm voortkomt, maar vanuit de denkgeest die als een reflex in de verdediging schiet, om maar te voorkomen dat onze ware aard, die van denkgeest zijn, herinnerd zal worden.

ECIW leert ons onze gedachtes te observeren, zonder oordeel, dus zonder de angstverdedigingsreflex van de egodenkgeest. Het observeren zonder oordeel noemt ECIW kijken olv de Heilige Geest en of Jezus, beide symbolen voor de onveranderlijke waarheid die nog steeds aanwezig is in onze denkgeest.
Dit oordeelloos observeren laat zien dat datgene waar wij ons mee geïdentificeerd hebben, lichamen en alle andere vormen, ook voortkomt uit denkgeest, en niets anders is dan geprojecteerd denkgeest materiaal.
Dus zodoende is waakzaamheid op de eigen gedachtes, die voortdurend opdoemen in ons dagelijks leven, erg belangrijk in het proces van het ongedaan maken van de egodenkgeest, waardoor we ons kunnen terugherinneren in dat wat we werkelijk zijn, Geest en één in God, één in Liefde.

Het ongedaan maken van de egodenkgeest is geen vernietigend proces, het is het simpel ongedaan maken van dat wat nooit kan hebben bestaan, en dat wat nooit kan bestaan hoeft niet vernietigd te worden, maar slechts vergeven. De milde liefdevolle kracht van ware vergeving doet elke vergissing gewoon verdwijnen in het licht van de waarheid.

Dat wil niet zeggen dat dit proces van ongedaan maken niet als vernietigend kan voelen. De weerstand zal enorm zijn. Vandaar dat dit proces olv de herinnering aan wat we werkelijk zijn, en die nog steeds in onze denkgeest aanwezig is, moet worden gedaan. Alleen op die manier olv de Heilige Geest en of Jezus zullen we door die weerstand heen gaan en al vergevend terugherinnerd worden in wat we werkelijk zijn, Geest, één in God.

(Dit blog werd eerder gepubliceerd in maart 2014 na het volgen van een Academy Class bij de Foundation for A Course in Miracles, toen nog in Temecula. De nieuwe locatie van de FFACIM is nu gevestigd in Henderson, Nevada).

illusje

Student: This is a question about coming to grips with the intensity of self-hatred and self-loathing. What is helpful when you are experiencing the intensity of that kind of ego attack? You realize that you’re doing it to yourself, and it becomes like a Catch-22 cyclic process where you know it intellectually and you intensely hate yourself for continually making the wrong choice to be here, knowing that it’s your choice to be here, and knowing there’s a part of you that doesn’t want to do that. It wants to wake up. What do you do that’s helpful when you’re there? In part of my mind I am saying: just look at it; you are afraid of love. I hear myself saying it and yet I’m intensely feeling this self-hatred, which is unbearable. I keep thinking how do you deal with it when you’re in it, you know you’re in…

View original post 501 woorden meer

Een belangrijk onvermijdelijk onderdeel bij het doen van Een cursus in wonderen is het leren observeren van de eigen gedachten en de daaruit voortvloeiende projecties van de egodenkgeest.

De bron van alles is altijd de denkgeest en niet de uiteindelijke projectie.

Wij zijn denkgeest.

De denkgeest is in staat zichzelf te observeren vanuit een oordeelloos standpunt, wat tevens een keuze moment is. De denkgeest is in staat te kiezen. Te kiezen tussen het projecteren van gedachtes vanuit zonde, schuld en angst, of voor het uitbreiden van Liefde. Oftewel te kiezen voor onder leiding staan van het ego of onder leiding staan van Heilige Geest of Jezus, beide laatste symbolen voor uitbreiding van de Liefde van God.

Eerlijk observeren van de egodenkgeest kan alleen worden gedaan vanuit dat gedeelte van de denkgeest dat onveranderlijk verbonden is met God waar het onverbrekelijk deel van uit maakt, de Cursus noemt dat Heilige Geest. Jezus is het symbool van de manifestatie van de Heilige Geest en kan als meer persoonlijke hulp hierbij worden gebruikt. (VvT5.6)

Observeren we vanuit dat gedeelte van de denkgeest dat zich denkt te kunnen afscheiden van Eenheid, van God, dan kiest de denkgeest voor het observeren met het  egodenkgeest systeem, vanuit zonde, schuld en angst. Het resultaat hiervan is het ervaren van zonde, schuld en angst via de projecties daarvan, dat wat we de wereld noemen en alles wat we daarbinnen beleven. Dit betekent dat de ‘we’ de denkgeest nooit echt slachtoffer kan zijn. Als de denkgeest leert observeren leert deze dat er altijd dat keuze moment is, op dat kruispunt waar de beslissing genomen wordt voor het volgen van de stem van het ego of de stem van Heilige Geest.

De egodenkgeest projecteert, Heilige Geest denkgeest breidt uit.

Het verschil is dat projecteren afscheiden is met als resultaat dat de projecties, de wereld die wij denken te zien en alles wat daar zich in afspeelt, als oorzaak in plaats van gevolg wordt gezien, waardoor we lijken te leven in een wereld van zonde, schuld en angst, terwijl uitbreiding vanuit Heilige Geest in verbinding blijven is met God, dus met Eenheid, met Liefde, met dat wat nooit verbroken kan worden.

Afscheiding, dus projectie doet de denkgeest geloven dat het een lichaam is dat leeft tussen en met andere lichamen, dingen en situaties. Afscheiding van Eenheid is onmogelijk, dus geloven in afscheiding en dit voor waar aannemen moet wel een gevoel van onbehagen teweeg brengen. Dit is de oorzaak van alle pijn en lijden in een door onszelf, als denkgeest geprojecteerde wereld van afscheiding. God, dat wat Eenheid en Liefde is, kan onmogelijk de wereld geschapen hebben, want wat Een is kan zich nooit afscheiden. De wereld die wij, de denkgeest die denkt en gelooft een lichaam te zijn, heeft geprojecteerd is derhalve een illusie, oftewel zoals de Cursus dat noemt een droom. Een droom van afscheiding. Net zoals wat we onze slaapdromen noemen niet werkelijk gebeurt is. Immers de afscheiding is niet werkelijk gebeurt, het is slechts een gedachte waarin de denkgeest is gaan geloven en serieus is gaan nemen, met alle gevolgen van dien; de wereld die wij ervaren.

Het middel wat de Cursus ons aanbiedt en voortkomt uit ons natuurlijke verlangen terug te willen herinneren in Eenheid waar we nooit uit zijn weggeraakt, is vergeving. Ware vergeving wel te verstaan, vergeving olv Heilige Geest. (WdII.1)
Ware vergeving werkt vanuit de gedachte dat afscheiding onmogelijk is en dus dat wat er lijkt te gebeuren in de wereld van de afscheiding onmogelijk echt gebeurt kan zijn.

Als we onze denkgeest onder leiding zetten van Heilige Geest in plaats van die van egodenkgeest, zal alles wat we denken te ervaren in de door ons zelf geprojecteerde wereld van afscheiding hergebruikt worden, nu niet als middel tot afscheiding, maar als middel om ons te doen laten terug te herinneren in Eenheid, in God. Daarvoor is het dus nodig goed te leren observeren van de eigen denkgeest, om een onderscheid te kunnen maken tussen wat vanuit egodenkgeest komt en wat vanuit Heilige Geest denkgeest komt. De functie van ons leven in de wereld verandert dan van functie en doel. Het doel is nu niet meer het nastreven van doelen in de wereld, maar nu krijgt alles wat we ervaren in die wereld maar één doel, terug herinneren in Eenheid.

Het is dus niet zo dat wetende dat de wereld een projectie is deze moet worden afgewezen of ontkend, nee de wereld en alles wat daarbinnen beleefd en ervaren wordt, wordt nu zeer kostbaar vergevingsmateriaal dat ons, de denkgeest die dacht zich afgescheiden te hebben van God, weer doet terugherinneren in God. Ons leven, dat wat we ons persoonlijke leven noemen wordt zodoende de sleutel die de Poort terug naar Eenheid kan en zal openen. Onze wil onderleiding zetten van Heilige Geest leert ons eerlijk te kijken naar elke gedachte van afscheiding zonder oordeel. Het leert ons inzien dat wat we als angstig en lijden ervaren onze eigen keus is, niet de keuze voor de vorm waarin zich die angst heeft uitgeprojecteerd, maar onze keuze voor de leiding te willen volgen van de egodenkgeest, de keuze dus voor afscheiding. En die keuze kan alleen maar leiden tot ervaringen van lijden en angst die we op miljoenen manieren uitprojecteren en erg persoonlijk zijn gaan nemen en waar de ‘we’ de denkgeest zich mee is gaan identificeren. De denkgeest geloofd nu dat het een lichaam is dat kan lijden, dus ervaren we dat ook zo.

Dit hele proces van eerlijk observeren olv Heilige Geest en of Jezus gaat onvermijdelijk gepaard met weerstand, omdat de egodenkgeest die werkelijk is gaan geloven dat het een lichaam is in een wereld vol met andere lichamen dingen en situaties, dat geloof niet in één keer kan laten vallen. ECIW heet niet voor niets een Cursus, precies zoals elke cursus is het een proces, een leerproces, waarbij veel geoefend moet worden, vandaar het Werkboek. Een leerproces met vallen en opstaan.

Alleen de theorie lezen (het Tekstboek) en leren is niet voldoende alleen als we onze wereld, onze lichamen, onze ervaringen daarmee gaan zien als een klas waarin we kunnen leren onder leiding van de Juist-gerichte leraar zal ECIW ook echt werken. En is het een zeer krachtige leerweg die de denkgeest doet terug herinneren in Eenheid, in God, in Liefde. En dat is onvermijdelijk of men nu wel of niet de Cursus als pad kiest, want Eenheid is Eenheid en kan nooit verlaten of verandert worden.